Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 12 juni 2025


Maar Annie liet zich, zóó als ze was, op haar bed neervallen, om te huilen ... om uit te huilen ... het hoofd in haar kussen.... Zoo lag ze daar, uren, en vond ze zich-zelf in den killen morgen, met huivring ontwakend.... Had ze geslapen?... O! slapen was goed; gauw weer terug in den slaap!... En ze deed alleen haar japon en corset uit, en 't haar los, ging toen weer in bed en sliep een zoet-verdoovenden slaap tot Neeltje op de deur kwam kloppen.... Negen uur!

Zoo ver het oog reikte, bestond toch de bodem meest uit waterige landen of schorren, welke, allerwege doorsneden met killen, meren en poelen, dagelijks bij elk getij onderliepen. Nog vertoonde het land eene woeste natuur, eene onvruchtbare oppervlakte.

Dat vreeselijke woord "gevangenis" joeg mij een killen schrik op het lijf; ik raakte verward en dat was ons ongeluk: ik verbleekte, begon te stotteren en daar ik door het harde loopen mijn adem verloren had, was ik buiten staat te antwoorden.

Zij hadden 't paard met het verbrijzeld stuk lemoen zien hollen; zij wilden vragen, hooren, kijken. Een jonge man kwam buiten adem toegesneld uit de richting van het dorp. "Hij 'n es niet deud! Hij leeft nog, maar hij es wried geschonden! Ze brijngen hem op 'n berrie!" hoorde Rozeke hem van verre schreeuwen. Akelig klonk die ramptijding in 't mistig-sombere van den killen avond.

Ook was hij er niet dan met groote moeite toe te brengen om zijn portret te laten maken. De Goëland lag voor anker voor het dorp Camfarandi aan de samenvloeiing van de Rio-Nuñez en van een der voornaamste killen of kreeken. Aan alle kanten zag men wortelboomen; naar den zeekant het zoogenoemde Duivelseiland en de eerste boomen van Petit-Talibonche.

Rillend in zijn laatste worsteling met den dood, treft een paard met zijn killen hoef den fel gekorven schedel van een grijzen krijger, die op gruwelijke wijze door een woedenden Franschman werd neergeveld en verminkt, maar toch den laatsten strijd nog te strijden had.

Maar meent ge, dat ik ooit lust had het schoolleven in de huiskamer te halen? Dat lag onder den ban van een killen haat. Hoe minder ik er aan dacht, hoe beter. De school bestond thuis niet voor me. Echter wel de kinderkerk. En langen tijd heette het zelfs, dat ik maar dominé moest worden. Nu zat er wat predikantenbloed in de familie, waar Grootvader en twee ooms dominé waren.

In 't najaar, als 't koud en mistig was bij donker weer en killen motregen, zat 's avonds een oud vrouwtje, in een dikken doek gewikkeld, de armen goed verstopt, achter een ijzeren pot met houten deksel, die boven een vuurtje stond te warmen. Het vrouwtje zat op een hoogen stoel, altijd een stoof onder de voeten.

Tegen vier uur ging hij slapen, naast haar liggend met een armoedige tevredenheid, zooals hij wel had na veel dagen van lang en laat werken als een afgebeuld oud paard dat zich rekt in zijn beetje stroo en herhaalde aldoor in zich zelf, zich met die woorden verdoovend: Ik ben er van af.... 't Was vroeg in den killen morgen toen hij naar huis liep.

Een ieder ging langzaam naar huis en de grijze mist dekte als 't ware het dorpje onder een stillen, killen, natten sluier van rouwende triestigheid toe. In de verre verte bleven de kanonnen bonzen en grommen, aanhoudend, eentonig, gansch den langen, droeven winterdag.

Woord Van De Dag

phylarchos

Anderen Op Zoek