United States or India ? Vote for the TOP Country of the Week !


Zij hebben gisteren, terwijl ik op kommando was, honderd van mijn beesten gestolen, mijn ossenwagens vernield en mijn huis afgestookt. Mijn vrouw is met de kinderen het bosch ingevlucht en heeft zoo het leven gered." »4 Augustus 1820. Mijn geliefde vrouw is gister, ten gevolge van al den schrik en ellende, door de stroopende kafferstammen veroorzaakt, gestorven in den ouderdom van ruim 59 jaren."

Het schijnt, gij allen dronkt uit Circe's nap. Waar' hij hier ingevlucht, hij zou er zijn; En waar' hij dol, hij pleitte niet zoo kalm. Gij zegt, hij at bij u; de goudsmid hier Ontkent dit stellig. Knaap, en wat zegt gij? DROMIO VAN EPHESUS. Mijn vorst, hij at bij die daar ginds, in de' Egel. COURTISANE. Zoo is 't, en trok dien ring mij van den vinger.

Zoo vervolgd door hunne wraakzuchtige vijanden, waren zij het Giststraatje ingevlucht en zouden welhaast de Noordzandstraat bereiken. Zij zagen reeds van verre de stadspoort; het open veld zou hun middel geven om tusschen de boomen te ontsnappen ... Maar daar sprong eensklaps een poorter, Berakin genaamd, met eene bijl hun tegemoet, en hij zwaaide deze boven zijn hoofd om hen er mede te treffen.

De eigenaar was woedend toen hij het geval vernam, maar sloeg weinig acht op hetgeen de familie Cascabel overkomen was. Dat zij bestolen was kon hem niet veel schelen; hijzelf was zijne drie paarden kwijt! De booswichten waren zeker een eind het gebergte ingevlucht en nu reeds aan de andere zijde van den pas. Hen na te zetten was niet doenlijk.

't Is of de droom van blonde weelde, Die straalde uit de lentelucht, Op eens, met al zijn blijde beelden, Den hemel weer is ingevlucht. Ach, laat ons aan het droomen blijven ! Hoe zoet om naar dat droomenland Van 't wilde leven weg te drijven, Als bloemen aan den waterkant. Neen! schooner is 't waarachtig leven, Schooner dan droomen is de strijd!

En daarop trok ik tegen u het zwaard, En zijt gij hier het klooster ingevlucht, Van waar ge, als door een wonder, hier weer staat. ANTIPHOLUS VAN EPHESUS. Ik zette nooit een voet in deze abdij; Nooit trokt gij tegen mij het zwaard, en 'k heb De keten nooit gezien. God sta mij bij! Waar gij mij meê bezwaart, 't is alles logen. HERTOG. Dit is een zaak vol wondervreemde raadsels!