United States or United States Minor Outlying Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ze at meer, op zoo één maaltijd dan een gezonde huzaar die twaalf uren achtereen in het zadel heeft gezeten. De groote mond ging rustig, open en "nam in."

Ha! in 't open veld, op leven en dood een kamp te wagen, dat wil de eerlijke Duitscher, maar tegen 't verraad...! Daar klinken twee, drie karabijnschoten. De oude man zinkt bewusteloos neer. De huzaar, die Antoine bij het moorddadige koord vasthield, heeft zijn plicht gedaan. Daar lag hij "der alte schwartzhosige Turco!"

Maar zie, op 't oogenblik dat de huzaar den dood van zijn nevenman wreekte, heeft hij het touw, waarmee hij Antoine regeert te luttel vastgehouden, en, met een ruk, die hem schier de oogen uit de kassen wrong, is de ter dood verwezen jonkman in vrijheid! Terwijl de verraste huzaar, verwoed, ijlings uit den zadel springt, knetteren weer karabijnschoten.

In ieder goed meisje zit een held. En moeder Hucheloup, o die is een oude dappere. Ziet, welk een baard zij heeft; zij heeft hem van haar man geërfd. Ja, zij is een huzaar en zal ook vechten. Twee zooals zij jagen de geheele voorstad op de vlucht.

Löbell was vroeger huzaar geweest, en na met een stijve knie afscheid van den dienst te hebben genomen, rondreizend muzikant geworden en eindelijk bij Hermans' gezelschap zooveel als muziekdirecteur.

Als ik echter zie, dat van twee even bekwame ingenieurs, die van de academie komen, de een op veertigduizend aanspraak maakt en de ander zich met tweeduizend vergenoegt, of wanneer een maatschappij een huzaar of jurist, die van de zaak volstrekt geen toereikende kennis heeft, aanstelt als directeur en een kolossaal tractement toelegt, dan, zeg ik, is dit tractement niet geregeld naar vraag en aanbod, maar is ongerechtvaardigd en partijdig.

Reinier wilde juist zijn glas aan de lippen brengen, toen Ros, die Stargardts oppasser geworden was, aankwam en zich, salueerend, tot den gastheer richtte met de boodschap: »Commandant, de ritmeester wou u graag even spreken." »Verduiveld!..." riep Reinier, niet in staat een opwelling van drift te bedwingen. »'t Is goed!" zei hij tegen den huzaar, die daarop rechtsom-keert maakte en aftrok.

Zwervend en onrustig ging zijn blik; want evenals al de aanwezigen duchtte ook hij ieder oogenblik een uitbarsting. »Kom!" zei de oude huzaar, Jakob bij de mouw trekkend, »kom, we moeten weer naar ons kwartier!" Maar Jakob verroerde zich niet en zag Reinier nog altoos woest-dreigend aan.

»Huzaar Ros!" beval hij den oudgediende met wien Jakob gekomen was, »breng den kerel onmiddellijk in arrest!" »Dank u, wachtmeester," antwoordde de brave krijgsman, »ik heb geen lust om een kameraad te arresteeren, alleen omdat zijn chef hem beleedigde en hij de vrijmoedigheid had, hém dat te verwijten. U kunt me straffen zoo zwaar u wil, maar een schelm hoop ik nooit te worden!"