United States or Luxembourg ? Vote for the TOP Country of the Week !


Het was alsof de schildwachten onverwacht opdoken uit de muren, sluipmoordenaars gelijk, maar die niemand aanvielen. Een nacht ging ik met benauwelijk-luid-klinkende stappen langs de Burgtgracht, onder de vervaarlijke opbonking van het vleeschhuis. Ik schrok: een menschenarm kwam op mij neer van uit het duister der slaapstille huizenrij en ik hoorde fezelend verzoeken uit een vette-vrouwen-keel.

Vóór wij aan het oude dorp Loosduinen komen, zien wij reeds de jonge uitbreiding dier nederzetting, en de gedenknaald, welke hier ter eere van Gevers van Deynoot door de Hollandsche Maatschappij van Landbouw in een weiland werd geplaatst, staat thans midden in de huizenrij.

Bijna zonder afbreking der huizenrij komen wij in het dorp Giesendam, gebouwd langs den Merwededijk en gedeeltelijk langs de Giesen, die hier als binnenwater door een sluis met de Merwede in verbinding staat, waar men echter alleen water door inlaat, om het water der slooten binnendijks te ververschen, en kleine schepen doorschut.

Achter de laatste huizenrij lagen de nieuwe velden ineens open in roze klaarte, met een wijden nevelkring omzoomd. De liggende wolken waren doorschijnend bebloosd en de spietsen licht staken hoog uit den grond waar de zon zou opstaan.

Voor enkele huizen stonden bloemen: de kleine jasmijnstruik, die hier melatih heet, een roosje, een Canna, in een oud petroleumblik op de trap, een oleander of een citroenboompje in den vollen grond ervoor. Er groeiden vruchtboomen in de ruimte tusschen de huizen, bananen, kokospalmen, brood-boomen, die met hun breed spreidend gebladerte het zinken dak der huizenrij koel hielden.

Als de zon ondergaat, staat de muur van de overzij, die een vlakte is van steen, waarachter huizen zijn, zóó fel verlicht, in zulk kil en tòch droomerig licht, dat er soms komt de gedachte, dat de huizenrij is alléén op de wereld en de vensters goudtranen schreien in verlatenheid. Dán is de straat een groote, dorre zee van geel. Dán kartelen de daklijnen in het wit der luchten.

Alle poëtische illusiën, die de reiziger zich mocht gevormd hebben, verdwijnen bij den aanblik van die prozaische luchtschermers, en zoo er zich niet hier en daar een zuil verhief, of die eentonige huizenrij door minarets werd afgewisseld, men zou waarlijk geheel in zijne verwachting zijn teleurgesteld. Alexandrië is niet meer de stad der Ptolomeën. Deze is verwoest.

De machtig, zilver-klaatrende fontein van een stoompomp, doorzwartte den gloed aan de huizenrij, sloeg een verdoffing, een schaduw. Dan rustig, onbewogen, begon de pijpvoerder op de lijst van 't dak z'n dwaas-dunnig straaltje op den vuurmuil te richten. De schoenmaker, teruggeweken bij de loods, neergenorscht naast de vrouw op 't wit-houten werktafeltje, hield Aagje in de warming van z'n jas.

Dan opnieuw reutelt de triestige galm, lang, gillend over de hoogste schaduwlijnen, aanplonsend uit het donker en pijnlijk, hortend wegstervend in het donker. Flets en scheemrend begint het daglicht over de vormen te dagen, lichte streep boven de linksche huizenrij. In de kamer is alles gezellig. De lampen branden en ik lig nog wat lui.

Om hen zag men brokken der stad, zware, donkere huizen met breede witte vlakken beplekt of gesneden door schuine lijnen sneeuw op de voor elkaâr schuivende daken. Boven gekomen sloeg de stoet een hoek om, gaande naar het einde der stad; hij schoof verder langs een eenzame huizenrij, grauwe donkere huizen, dicht aaneengesloten, met verweerde, groene of roodgekleurde deuren.