Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 16 juli 2025
De Godsdienst, het huisgezin, de eigendom, voegden zij eraan toe, zijn volgens goddelijken wil de grondslagen der samenleving, en op het terrein van de sociale vragen moet de Staat altijd handelen, vooral in de nooden van den tegenwoordigen tijd, met voortdurende eerbiediging van de natuurlijke rechten van den menschelijken persoon en van het huisgezin.
Zoo bestaat, bij voorbeeld, een dier heerlijke rechten hierin, dat de kop van ieder varken, hetwelk op zijn land geslacht wordt, aan den heer behoort; ook ontvangt hij van ieder huisgezin per jaar een paar kippen. Tot voor korten tijd ontving hij eene maat olijven op elk dozijn maten, die de oogst opleverde; en had hij ook recht op de tong van ieder rund, op zijn land geslacht.
"Hoewel ik voornemens was," valt de baron weder in: "om den goeden naam van dit huisgezin te bekladden, en den thans door hagelslag bezochten planter met de zijnen ofschoon mijn vader de verhagelden ditmaal een gedeelte van hun pacht wilde kwijtschelden door valsche redenen aan den dijk te jagen, zoo wil ik echter.... Ga voort, ga voort!"
"Nog al," antwoordde hij en zag er waarlijk bezorgd uit; "wij zijn allen in Gods hand, maar het menschelijke hart wordt zoo licht moedeloos; die verraderlijke ziekte is dit jaar bijzonder gevaarlijk, in het dorp zijn huis aan huis de kleinen aangetast; uit menig huisgezin heb ik er één of soms twee ten grave gebracht, en bij alle onderwerping aan den wil des Heeren, Mina ... kan men den angst toch niet weren."
Mie-Wanna had dus besloten, Bolderhout te verlaten en met haar huisgezin naar de stad te trekken. Wat ze daar ging doen, wist ze niet wel. Misschien dreef eene onbestemde zucht om nader bij haren man te zijn, haar aan tot het nemen van zulk gewichtig besluit?
Daar dit alles zeer veel ruimte eischt, blijft er voor de eigenlijke woning niet veel over: zij bevat dan ook doorgaans niet meer kamers dan voor één huisgezin volstrekt noodig zijn.
Ze waren voor hun cent beter af bij 't perehietvrouwtje, dan een eindje verder voor hun vier centen bij »De Bisschop", waar ze jenever kregen uit een vaatje met blinkend koperen banden in een kristalhelder glaasje, ook warm in den mond en in de maag, maar een pest voor 't lichaam en voor 't huisgezin.
Dezen, van hunnen kant, gevoelden diep het verlies van twee leden van het huisgezin, die zooveel tot het genot der samenleving medegewerkt hadden. Ulrica was in 't eerst als troosteloos: haar smart werd door den tijd en het ontvangen van goede berichten wel eenigszins gelenigd; doch met het vorderen der jaren groeide ook het besef van het eenige, het ledige van haar toestand.
Van kindsbeen af aan eene enkele soort van arbeid, aan eene eenvormige en beperkte beweging gewend, waren zij onbekwaam om tot eenig ander werk hunne toevlucht te nemen. De gedachte daarvan kwam zelfs niet in hen op, en zij zouden veeleer zich met gansch hun huisgezin van honger hebben laten sterven, dan in eenige andere bezigheid ten minste eenen tijdelijken onderstand te zoeken.
En het vaderland staat boven het huisgezin; het welzijn van den staat boven dat van den enkelen mensch. Wat zijn wij, rampzalige stervelingen? Als de bladeren, die afvallen en verdorren, zijn de kinderen der menschen; spraak- en gevoelloos dwalen de schimmen der afgestorvenen rond, tenzij er een Odysseus verschijne, die haar voor eene korte pooze het bewustzijn weet te schenken.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek