Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 12 juni 2025
Waanzinnig van angst dwaalde de moeder steeds roepend om ons heen, maar wij konden haar niet zien; nu eens vertoonde zich haar kopje met doodsangst in de oogen, dan weer stoof ze weg met haar witte staartvlaggetje overeind, om haar kleintjes te wijzen welken weg ze moesten nemen. Maar de hertjes letten niet meer op dat eerste noodsein. Zij voelden de verandering.
Haar staartje had zij weer rechtop gestoken: dit diende als baken, terwijl ze wegsprong. Een oogenblik stonden de hertjes verschrikt achter haar te trillen, opnieuw verbaasd, maar toen gingen hun vlaggetjes ook naar boven en hobbelden ze weg op hun ranke pootjes, door het warrelnet van struiken en de ruigten van het bosch hun leidsvrouw dapper achterna.
Ik bukte mij om beter te zien, stak mijn hand naar binnen en de bruine vlek veranderde plotseling in een fluweelzacht vachtje; de witte, de gouden lichtglansen waren de geappelde flanken van twee hertjes, die daar doodstil en angstig bleven liggen op de plaats waar hun moeder hen bij 't weggaan verstopt had. Ze waren nog maar pas een paar dagen, toen ik ze vond.
Misschien gebeurt dit ten deele om hun ouden vijand, den wolf, en hun nieuwen, den mensch, om den tuin te leiden: het spoor van de zwakke is dan in de stappen, in de hoefprenten van een grooten bok verborgen; maar het geschiedt ook ouder gewoonte en wijst op den oefentijd, als de hertjes voor 't eerst het vaantje leeren volgen.
Hun ooren hadden het kunstje van de herten al geleerd, bij 't minste geluid zenuwachtig te trillen en zich luisterend naar voren te steken. Er hoefde slechts een blad te ritselen, een takje te knappen; het ruischen van de beek hoefde maar even aan te zwellen, als een drijvende tak een oogenblik den stroom stremde, en dadelijk waren de hertjes op hun hoede.
Dat is dus nog een reden waarom de jonge hertjes een wijzer hoofd moeten leeren gehoorzamen dan hun eigen kopje. De moeder moet den weg voor hen zoeken, totdat hun pootjes geoefend genoeg zijn, en een verstandig hertekalf zal precies haar spoor volgen.
Veel kleiner, en niet grooter dan 'n middelmatige hond, zyn de kandjiels, hertjes die uitmunten door vlugheid en bevalligheid. Men beweert dat ze in opgesloten staat niet in 't leven kunnen gehouden worden. De kidang echter schynt, evenals de meeste soorten van onze herten, zich makkelyk te schikken in 'n omheind kamp.
Toen kwam een van de hertjes zelfs bij het schijnsel van het vuur herkende ik het onvoorzichtige aan zijn snuitje en zijn vroolijk geappelde velletje recht op mij aan, om bij het oplaaien van 't vuur met glinsterende oogen stil te staan en daarna met zijn pootje te stampen tegen de schaduwen: dan zagen ze dat hij niets bang was.
Maar Klaas nam er eene om haar middel en kuste heur wangen of heur hals, al naarvolgens zijn mond het dichtst bij de donzige huid was, en dan zegde hij: Vraagt, mijne hertjes, vraagt de rest aan uwe minnaars. En schaterlachend gingen de joelende meisjes voort. De kinderen herkenden Klaas aan zijn grove stem en aan zijn zwaren stap. Zij liepen naar hem toe en zeiden: 'n Avond, kooldrager!
Ik wil, sprak hij, met u eten, en u eten, u en uwe vriendinnen, de eene na de andere, want gij zijt fijne brokjes, lekkerder dan ortolanen, lijsters of sneppen. De Hemel vergeve u, dat wild is buiten prijs, zeiden zij. Zooals gij allen, mijne hertjes, antwoordde hij. 't Is te zien, spraken zij, maar wij zijn niet te koop. Noch te geven? vroeg hij.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek