United States or San Marino ? Vote for the TOP Country of the Week !


De vrouwen met een treurig en lijdzaam voorkomen en een vrij lief maar wezenloos gezicht, waren gekleed met een lijfje en een rok van donker "vadmel;" de ongetrouwde droegen op hare kransgewijze gevlochten haren een gebreid bruin mutsje; de getrouwde wonden om haar hoofd een gekleurden doek, met een topsieraad van wit linnen.

Daartoe leent zich de schilderachtige doek, om de schouders geslagen, welke aan den voorkant een driehoekige beuk voor de borst openlaat, eveneens met een gekleurden doek bedekt en omhangen met een kantvormige versiering van gekleurde kralen. De bijna geheel bloote armen passen bij dit costuum en verhoogen de aantrekkingskracht der Goesche schoonen.

Toen ik terugkwam, hielden juist twee ruiters voor de deur stil, waar zij met de kinderen spraken. Vader lag nog te bed. Toen zij mij zagen aankomen, vroegen zij of hier gisteren niet vier ruiters waren voorbij gekomen, waarvan een, een Scherif-tulband droeg, en een gekleurden bril op had. Een der paarden was een zwarte Arabische hengst. En wat hebt gij geantwoord? vroeg ik in spanning.

De vrouwenkleeding is specifiek Friesch; het "onderst" heet in Zeeland de beuk: hierover draagt men een gekleurden omslagdoek met zijden rand. De haarbedekking bestaat uit ondermuts, oorijzer en bovenmuts. Het smalle oorijzer wordt hier de beugel of hoepel genoemd.

De eerste van dezen was gekleed op de wijze als de voornaamste en rijkste Babyloniërs. De tweede droeg een uit éen stuk geweven, met schellen en kwasten behangen purperen kleed, dat door een gekleurden gordel van blauw, rood en wit bijéen werd gehouden, en een blauw schouderkleed.

Bijna alle vrouwen, met name de Christinnen, dragen lange sleepjaponnen, zoogenoemd naar fransch model, waarmede zij de vuile stoffige straten der stad aanvegen. Onverschillig tot welke kerk zij behooren, vertoonen zij zich nooit met onbedekt gelaat in het publiek; sommigen dragen een zwarten krippen sluier, anderen bedekken zich het aangezicht met een gekleurden zijden doek.

Hij begint met te zeggen, dat de ter aarde bestelde altoos ongerept van deugd geweest is, en onverpoosd zijn plicht heeft gedaan. Nog verdere zeer hartelijke uitspraken omtrent den begravene voegt de redenaar hierbij. Eén der mannen rondom den kuil laat instemmend het hoofd op- en neergaan. Eén drukt de punt van een gekleurden zakdoek om beurte in elken der beide ooghoeken.

Hij liep de kraampjes langs; daar pluisde de drukte uit, den stiller gekleurden rand gelijk om een bont-tafreelig kleed.

Hij onderscheidt zich hoofdzakelijk door den minder hoogen, grootendeels karmijnrooden, op den rug en aan den wortel geel gekleurden snavel, den breeden, rooden zoom aan den onderrand van de witte keel en den gelen staartwortel. In grootte evenaart hij een Kraai; zijn snavel is korter dan de vleugel.

In dit noordsche paradijs zijn alle dalen en valleien met frisch en weelderig gras bekleed, prijken alle hoogten met eene kerk met gekleurden koepel en verguld kruis: dat is de eilandengroep van Solowetsk; en onze jonge kweekeling trok er menigmalen ter bedevaart heen.