Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 17 mei 2025
Hoe het landschap er in de omstreken van Ockenburg uitzag in dien tijd, leert ons de volgende beschrijving: Ten zuiden doen zich op des Poeldijks korenakkers, Voor 't wittebroodsgewin de bloemtuin van de bakkers, Met helder tarwgewas, daar Betuw, daar het Sticht, Ja, daar het blankste graan van 't Goesche land voor zwicht; Ten noorden ziet me een vlak van welige valleien, Die deze heuvelen van hooger bergen scheien, Van bergen, daar ik durf gerust op slapen gaan, Die Holland voor de zee doen onbekommerd staan.
Daartoe leent zich de schilderachtige doek, om de schouders geslagen, welke aan den voorkant een driehoekige beuk voor de borst openlaat, eveneens met een gekleurden doek bedekt en omhangen met een kantvormige versiering van gekleurde kralen. De bijna geheel bloote armen passen bij dit costuum en verhoogen de aantrekkingskracht der Goesche schoonen.
De vrouwenmuts in het Land-van-Hulst, van fijne kant vervaardigd, gelijkt niet op de mutsen, elders in Zeeland gedragen, maar komt meer met de Noord-Brabantsche overeen; bij beide daalt de kant naar beneden en van achteren komen de vleugels of slippen wel bij elkander, maar eenvoudig tot den hals en niet met een lange strook langs den rug. Onder de bovenmuts wordt een zwart zijden ondermutsje gedragen, veel in kleur en stof verschillend van de Walcherensche en Goesche muts. De muts wordt naar het zuiden meer Brabantsch, zoodat men den overgang kan waarnemen. Bij de mutsen gebruikt men een weelde van spelden als nergens anders; bij haar toilet gebruikt het Hulster meisje alleen voor haar muts wel 300
De kleederdracht der Goesche vrouwen dagteekent ongetwijfeld uit den tijd vóór de Hervorming. Het vermoeden ligt voor de hand, dat de Katholieken zich hier uit Brabant later gevestigd hebben. Zij namen het schilderachtige costuum over, dat met hun aard niet in strijd was, maar wijzigden dit eenigszins naar hun smaak en zoo bleef het verschil bestaan.
Het thans zoo landelijke Kapelle, enkel bestaande van den landbouw, had in de 14e eeuw reeds bloeiende lakenweverijen, welke den naijver der Goesche burgers opwekten en, door hun concurrentie gedrukt, in den tachtigjarigen oorlog te gronde gingen. Kapelle is sedert een landbouwersdorp geworden, maar de kerk kan nog als een monument van dien vroegeren rijkdom beschouwd worden.
Een eigenaardigen indruk maakt de Goesche vrouw met deze kleederdracht in het landschap. Altijd ziet men haar met de blinkende gouden stukken; melkmeisjes ziet men in de weide de koeien melkend, terwijl de gouden platen van verre schitterend uitkomen in het licht der dalende avondzon, als waren zij feeën afgedaald naar het lage land aan den mond der Schelde.
Die mutsen met gouden stukken geven aan de Goesche vrouw een schilderachtig, voornaam voorkomen en de breede, uitstaande kanten zijn uitingen van een levenslustig karakter, waardoor de vroolijke meisjes uit het land van Goes zich van de meer stemmige op Walcheren onderscheiden. Ook kan men aan den vorm en grootte der mutsen in het Goesche een verschil vinden bij Protestanten en Katholieken.
Over een nette, witte ondermuts draagt de Goesche een buitenmuts van doorzichtig borduurwerk, die breed uitstaat terzijde van het hoofd, aan de kanten rond afloopt en van voor en achter den fijn gevormden hals goed laat zien, terwijl ook het gouden slot met de kralen duidelijk zichtbaar zijn.
De dienstmeisjes uit het Goesche in Den Haag, waar zij veel voorkomen, en in Amsterdam, waar slechts enkelen zijn, trekken de aandacht; niet de nieuwsgierige aandacht, welke den lachlust opwekt, zooals bij den grootstedeling te licht geschiedt, als hij den provinciaal in eigen dracht aanschouwt, maar de eerbiedige aandacht, die tot bewondering stemt voor het schoone en aristocratische, dat er uit spreekt.
Te Middelburg op de markt ziet men deze niet zelden alle door elkander. Als men de Walcherensche meisjes in feestcostuum ziet, valt in de eerste plaats de geel strooien kaphoed in het oog, een voortbrengsel der Belgische nijverheid. Dit hoedje, zonder omboordsel, zonder strikken of rosetten, is de eenvoud zelf, en wijst reeds bij het eerste gezicht op grooter stemmigheid dan in het Goesche land.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek