Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 20 juni 2025
Oogleden, neus, lippen, wangen waren weggeteerd, de hals was akelig ontstoken. Eene van hare handen rustte op haren schoot. De nagels waren afgevallen, de vingers gedeeltelijk ontvleesd, gedeeltelijk dik opgezwollen. Zoo was zij over het geheele lichaam. Geen wonder, dat de vroeger zoo statige vrouw zich gemakkelijk aan alle nasporingen van haren zoon had kunnen onttrekken.
De baker slaakte een diepen zucht, maar wilde blijkbaar niets van een dokter weten. Zij schudde heftig van neen. "Maar zèg dan toch wat, baker! Zulk zwijgen is om er tureluursch van te worden. Of kan u niet spreken?" De baker zei nog niets, maar keek wanhopig naar den zolder. "Doe uw mond eens open, baker," ging Dik zonder medelijden voort, en hij pakte haar kin tusschen vinger en duim.
Ze scheen van schaduw gemaakt; ze had nauwelijks lichaam genoeg om een vrouw te zijn; ze was niets dan een weinig bezielde stof, had groote oogen, die altijd neergeslagen waren; een voorwendsel voor een ziel om op aarde te blijven. Juffrouw Magloire was een klein oud vrouwtje, blank, dik, zwaarlijvig, druk, altijd hijgende, vooreerst wegens haar bedrijvigheid, en dan tengevolge van haar asthma.
De mijngangen loopen honderd voeten ver, in alle windstreken, en volgen den goudrif, waaronder men verstaat de ader van gouderts, die gewoonlijk hoogstens twee voet dik en breed, door het zware graniet loopt.
De roode Palmietboom spruit voort uit een groot getal wortels, die zig verscheiden voeten boven den grond vertoonen, alvoorens zig te verëenigen tot het vormen van den stam, die dik en hoog is: de schors is grysachtig van buiten, maar rood van binnen, en men bedient 'er zig van voor de leertouweryen. Het hout is roodachtig, hard, en tot timmerhout en ander gebruik geschikt.
Wij, heer Charmides, zeiden zij beiden; gaan er nooit meer heen, trots de goede zaken.... Ik, heer Charmides, zeide Crito; ben er dik en kort geworden en ik was, toen ik er heen ging, lang en mager. Ik, heer Charmides, zeide Chremes; ben er mager en lang geworden en ik was, toen ik er heen ging, kort en dik. Ik keek van den een naar den ander. Wie is dan de een en wie is de ander? vroeg ik.
Na de Rivier in een vaartuig afgezakt te zyn, en in het zelve vaartuig den nacht te hebben doorgebragt, stapten wy des anderen daags morgens aan land, en trokken noordwest-waarts voort; maar geen kompas hebbende, verdwaalden wy wel dra van onzen weg. Eene groote Savane doorgetrokken zynde, hingen wy onze hangmatten aan den kant van een dik en eenzaam bosch op.
Hier waren geene deuren die onhoorbaar als zefirs om hare hengselen zwenkten; hier was geen perzisch tapijt waarover de voetstap geruchtloos henenglipt; de planken vloer lag zelfs vrij dik met zand bestrooid. Kon de gulzigheid des hongers mij blind en doof hebben gemaakt?
»Die zijn 't juist niet altijd,« zei de oude heer, terwijl hij met een glimlach over Oliver's hoofd streek, »er zijn andere, die net zoo zwaar zijn al zijn ze niet zoo dik. Hoe zou je 't vinden, heel knap te worden en boeken te schrijven?« »Ik geloof, dat ik ze liever zou lezen, mijnheer,« antwoordde Oliver. »Wat! zou je niet graag schrijver willen worden?« vroeg de oude heer.
De Latanusboom is een zoort van Palmboom, die men voornamelyk op moerassige plaatsen vind, en altyd, een bewys van een ryken grond is. Hy is ten naasten by zoo dik als de dyë van een mensch, en verheft zig tot de hoogte van dertig tot vyftig voeten.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek