Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 6 oktober 2025


Den héelen dag niet.... Vertel jij nou, Cecilianus? En Cecilius was vol aandacht, terwijl Cecilianus vertelde van het Colosseum. Ik ben er gegaan met Nilus en zijn moeder en met Taurus en de acht meiden, zei Cecilianus. Het was leuk, hoor en wel erg mooi.... Ik heb het nooit zoo gezien, zelfs niet in Alexandrië.... Nièt in Alexandrië??

Zij zagen beiden om zich rond. Toch wèl grooter, grootscher, dan in Antiochië.... In Damascus.... In Alexandrië.... zelfs. Zij stonden om zich rond te kijken. Voor hen, reusachtige, ronde bouw, verhief zich, immense ellips, het Colosseum met zijn drie ommegangen op eerst Dorische, hooger Ionische, het hoogst Corinthische zuilenrijen.

Er klonken verwarde uitroepen; meerdere nieuwsgierigen stroomden zamen, allen in die zelfde richting. Uit de gladiatoren-school kwamen de zwaardvechters aangeloopen; uit het Colosseum de immer daar nog bezige metselaars en architecten; van verder, uit de Baden van Titus, de baders.... Is er oproer? vroeg Colosseros. Is de Keizer vermoord? vroeg de dominus.

En hij zag er hèel mooi uit. En toen ging hij zitten op een stier en toen ging de stier mèt Colosseros de lucht in, als in een apotheoze! Ik had van het beest af kunnen donderen, zei Colosseros. Of met beest en al naar beneden kunnen bliksemen. ! zei Cecilius spijtig. Kan ik dat nu nóoit eens komen kijken! Ik moet ièderen dag optreden: ik kan nu nóoit eens naar het Colosseum gaan!

En waar kan men dien grandeur beter nog overleven dan in de titanische ruïne van het Colosseum, dien cirkelbouw van bogen op bogen op bogen; of in de verbrokkelde paleizen van Caligula en Tiberius en Augustus, of in de reuzentermen van Caracalla, waar zich het emplacement nog uitlijnt en opboogt van een weelde, die al onze nieuwe luxe miniem en kinderachtig maakt?

Aan de Baden van Titus en het Colosseum nog immer niet geheel voltooid werd gewerkt; de voller volde zijn toga's, de slavenkoopman voerde steeds andere slaven ter markt; de copiïsten van Tryfo schreven geen tituli meer of didascalia maar de allerlaatste epigrammen van Martialis op de Spelen in kleine boekjes over, die overal werden verkocht in de Argiletische wijk.

Het regende nauwlijks meer. Kan je loopen, mannetje? vroeg de Jager teeder tot Cecilianus, die geluk hem zoû aanbrengen, morgen, in het Colosseum, als hij den Leeuw moest bekampen. Jawel.... Zit je niet liever op mijn schouders? Ja! O ja! Op je schouders! Paardje rijden! juichte Cecilianus. Jij op mijn schouders? vroeg Colosseros aan Cecilius. Ja, ja! wilde Cecilius wel.

Maar nu was het Theater gesloten, het Colosseum gesloten, het Circus gesloten, waren de processen weêr in vollen gang, hadden de bazilieken en fora wederom het gewone aanzicht van koortsige zakelijkheid, drukke gewichtigheid, hernam het gewone leven zijn recht.

Rechtop stond het met een machtig vertoon van opgesloten kracht, den robusten arbeid gelijkend van een cyclopentroep, als een barbaarsch bouwwerk opgetrokken door voortgezweepte slaven, een afschijnsel van een ander colosseum, het nog rookende silhouet van een antieke arena.

Waar was het groote crocuskleurig kleed, waarop de goden vochten tegen de reuzen, gewerkt door bruine meisjes van Athena? Waar, het ontzettende velum, dat Nero gehangen had voor het Colosseum in Rome, dat Titanische zeil van purper, met de sterrenlucht en Apollo in een kar, getrokken door witte, goudgestrengde rossen?

Woord Van De Dag

palaemon

Anderen Op Zoek