Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 10 juni 2025


Zelfs vóór de president en de advocaat-generaal een woord hadden kunnen zeggen, vóór de gendarmen en deurwaarders iets hadden kunnen doen, was de man, dien allen nog mijnheer Madeleine noemden, naar de getuigen Cochepaille, Brevet en Chenildieu gegaan. "Herkent ge mij niet?" zeide hij. Alle drie waren verwonderd en gaven door een hoofdbeweging te verstaan, dat zij hem niet kenden.

Behalve honderd andere bewijzen, waarop wij niet terug willen komen, zijn er vier getuigen, die hem herkennen: Javert, de streng eerlijke inspecteur van politie, en drie zijner voormalige lotgenooten, de galeiboeven: Brevet, Chenildieu en Cochepaille. Wat brengt hij tegen deze verpletterende getuigenis in? Hij ontkent. Welk een verstoktheid!

De president beproefde, hem door eenige gemoedelijke en ernstige woorden te bewegen en vroeg hem, evenals aan de beide anderen, of hij zonder aarzeling en bedenken er bij bleef, dat hij den voor hem staanden man herkende. "'t Is Jean Valjean," zei Cochepaille, "dezelfde dien men Jean le Cric noemde, zoo sterk was hij."

Men hoorde een stem roepen: "Brevet, Chenildieu, Cochepaille! ziet hierheen!" Allen die deze stem hoorden voelden een huivering, zoo snijdend en ontzettend was zij. Aller oogen wendden zich naar de plaats, van waar zij gekomen was.

Met Brevet zijn er nog slechts twee tuchtelingen, die Jean Valjean gezien hebben. 't Zijn de levenslang veroordeelden Cochepaille en Chenildieu. Men laat hen uit het bagno komen en brengt hen in tegenwoordigheid van den gewaanden Champmathieu. Zij weifelen geen oogenblik. Zij verklaren, evenals Brevet, dat het Jean Valjean is.

Of ik hem herken! wij hebben vijf jaren lang aan dezelfde keten gezeten. Zijt ge boos, oude?" "Ga zitten," zei de president. De deurwaarder bracht Cochepaille binnen; deze tweede tot levenslangen dwangarbeid veroordeelde, evenals Chenildieu uit het bagno gekomen en in 't rood gekleed, was een boer uit Lourdes, en een halve beer der Pyreneën.

"Mijnheer de president, tegenover de verwarde, maar zeer behendige ontkenningen van den beschuldigde, die zich gaarne voor een idioot zou willen laten doorgaan, maar hierin niet zal slagen dit verzekeren wij hem eischen wij, dat het u en het hof behagen moge, opnieuw voor deze balie de veroordeelden Brevet, Cochepaille en Chenildieu, benevens den inspecteur van politie Javert te doen verschijnen, en hen ten laatste male wegens de identiteit van den beschuldigde met den tuchteling Jean Valjean te ondervragen."

Hij herhaalde bij zich zelven, wat hij bereids tot zich zelf had gezegd, toen hij de cabriolet van Scaufflaire huurde dat, welke ook de uitkomst mocht zijn, niets hem behoefde te weerhouden, met eigen oogen te zien, in persoon over de zaken te oordeelen; dat het zelfs voorzichtig was te weten wat er gebeuren zou; dat er geen besluit was te nemen dan na wel onderzocht en overwogen te hebben; dat men zich op een afstand alles vergroot voorstelt; dat eindelijk, wanneer hij dien Champmathieu, een of anderen ellendeling, gezien had, zijn geweten zich waarschijnlijk zeer verlicht zou voelen door hem in zijne plaats naar het bagno te laten gaan; dat, wel is waar, Javert, alsmede Brevet, Chenildieu en Cochepaille, oude tuchtelingen, die hem gekend hadden, er ook zouden zijn; maar zij zouden hem stellig niet herkennen.

De advocaat-generaal eischte ten slotte dat, bij ontstentenis van Javert, de drie getuigen Brevet, Chenildieu en Cochepaille opnieuw gehoord en plechtig ondervraagd zouden worden.

Daarop zeide hij tot Cochepaille : "Cochepaille, ge hebt op den linkervoorarm een datum in blauwe letters met buskruit ingebrand. 't Is de dagteekening der landing van den keizer te Cannes, 1 Maart 1815. Stroop uw mouw op!" Cochepaille stroopte de mouw op, de blikken van alle omstanders richtten zich op zijn blooten arm. Een gendarm naderde met een lamp, de dagteekening stond er.

Woord Van De Dag

phylarchos

Anderen Op Zoek