United States or Tokelau ? Vote for the TOP Country of the Week !


De bloeitijd valt in de lente of den zomer, doch kan door een goede cultuur ook naar den winter verplaatst worden. Wanneer men de Calla goeden voedzamen grond geeft, dan is zij een flinke groeister. Het best kweekt men haar in een mengsel van gelijke deelen broeiaarde en veengrond, waar natuurlijk een voldoende hoeveelheid zand aan moet worden toegevoegd.

In de kas hing een warme lucht van uitzweetende broeiaarde die een aanslag gaf tegen de ruiten, een benauwde dampkring vol van den adem der kasplanten; en daar door heen kwam een zware bloemengeur dringen van uit den hoek waar de cactus stond en ging door de geheele ruimte, krachtig en bedwelmend. «Wat ruikt zoo'n plant, baas," zei de knecht.

Deze plant is zeer geschikt voor den beginnenden liefhebber, die nog niet op de hoogte is van al de eischen, door de planten gesteld. Daar zij flink groeit, moet men haar in tamelijk groote potten zetten, bij voorkeur in zeer voedzame broeiaarde, vermengd met een goede hoeveelheid graszodengrond. Voor het begieten behoeft men niet bevreesd te zijn, daar zij tamelijk veel water kan verdragen.

In deze potjes laat men de jonge afstammelingen overwinteren, waartoe men ze niet vóór November in een luchtigen kelder of een koele achterkamer zet. Reeds vroeg in het voorjaar moeten deze jonge Anjelieren verpot worden. Men gebruikt hiertoe potten van 13 cM. wijdte en plant ze in een mengel van 2/3 broeiaarde, 1/3 klei- of graszodengrond en een weinig scherp zand.

Willen wij nu de bakjes beplanten, dan moeten wij in de eerste plaats daartoe goede aarde hebben en in de tweede plaats goede planten. Een zeer goede aarde voor dergelijke bakjes bestaat uit 3 deelen broeiaarde, 1 deel graszodengrond en 1/2 deel scherpzand.

De Ardisia's verlangen een lichte standplaats; zij willen dikwijls bespoten en zeer gelijkmatig begoten worden, terwijl men ze tegen de scherpe zon moet schermen. Ieder jaar moeten zij in het voorjaar verplant worden, waarvoor men een goede zandige broeiaarde moet gebruiken. Zeer nuttig is het, ze des zomers af en toe te gieren.

De cultuur der Bouvardia's is tamelijk eenvoudig. Nadat de planten uitgebloeid zijn, gaan zij haar rusttijd in; de uitgebloeide bloemen en de bladeren kunnen afgesneden worden, en planten, die nu zeer droog gehouden moeten worden, kunnen ter overwintering in een koele achterkamer of een volstrekt vorstvrijen kelder worden gezet. In Maart worden de planten weder voor den dag gehaald, en in goede broeiaarde verpot. Het is de zaak, er bij het verpotten op te letten, dat de oude aarde zooveel mogelijk tusschen de wortels uitgeschud wordt. De planten worden nu voor het venster van een matig warm vertrek gezet, waar zij weldra beginnen uit te groeien. In de tweede helft van Mei kan men de Bouvardia's in den tuin, of buiten voor het venster zetten. Laat men nu de planten ongestoord doorgroeien, dan zullen zij zonder twijfel alle in den zomer bloeien. Daar men ze echter als najaars- en winterbloeisters wil kweeken, moeten de scheuten tot Augustus geregeld getopt worden, ten einde den bloei te beletten. Zeer nuttig is het Bouvardia's in Juni nog eens te verplanten. Tegen de tweede helft van September zet men de planten in een vertrek, dat voorloopig nog geregeld gelucht, doch bij het intreden van kouder weer matig verwarmd wordt. Slechts d

Als aardmengsel voor Rozen bevelen wij aan: twee deelen broeiaarde, twee deelen klei- of graszodengrond en een deel zand. Bij dit aardmengsel worden dan nog eenige hoornspaanders gevoegd. De ondervinding heeft ons geleerd, dat Rozen in zulk een grondmengsel uitstekend groeien. De beste tijd om Rozen te verplanten is, mits het voorzichtig geschiedt, in de maand Augustus.

De Justicia's worden gedurende het voorjaar in goede broeiaarde verplant. Ten einde fraaie, bossige planten te verkrijgen, die rijk bloeien, moet men ze na het verpotten flink insnijden, zoodat er op iedere twijg niet meer dan twee paar bladeren blijven staan.

Voor dit verplanten gebruikt men een goeden, voedzamen grond, o.a. 2 deelen hei-, één deel bladaarde en 1/2 deel, bestaande uit broeiaarde, kleigrond en zand. In een kamerkasje, waarin een vochtige lucht is, dat bij warm weer gelucht en bij zonneschijn geschermd wordt, zullen de Gesneriaceeën, wanneer men ze gelijkmatig vochtig houdt, zeer goed groeien.