Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 15 juni 2025


De meeste Orchideeën kan men enkele jaren in denzelfden pot laten staan, mits men ze in haar groeiperiode nu en dan met een zeer slappe gier begiet; moeten zij echter verpot worden, dan moet dit zeer voorzichtig geschieden, daar de stijve, broze wortels volstrekt niet beschadigd mogen worden.

Kweekt men deze plant op een stammetje, dan is zij, wanneer zij des winters bloeit, lang niet onaardig; kweekt men haar in struikvorm, dan doet men beter ze in de bakjes te planten. Men plant ze in een rijke broeiaarde en zet ze bij voorkeur des zomers buiten. De in een koel vertrek overwinterde planten moeten in het voorjaar ingesneden en verpot worden.

Oudere exemplaren behoeven niet jaarlijks verpot te worden; is dit echter noodig, dan moet het na het einde der rustperiode geschieden. Wil men verpotten, dan wordt de plant uit den pot genomen, en worden de vleezige wortels voorzichtig losgemaakt, waardoor een deel der oude aarde er tusschen uitvalt. Aan de gezonde wortels mag nooit gesneden worden.

Sterk groeiende planten, zooals Chrysanthemums, moeten in deze maand voor de laatste maal verpot worden. Ook wordt het nu tijd om Pelargoniums te stekken, die vrij snel wortel maken, doch niet uitgeplant worden. Men laat de stekken in de potten, waarin zij gestoken zijn, overwinteren, om ze in het voorjaar uit te planten. Zoo behandeld, zullen zij reeds vroeg in de lente bloeien.

Dadelijk na het verplanten worden zij buiten voor het venster of op het balkon geplaatst. Ook de oudere planten moeten tijdig verpot en buiten gezet worden. De door afleggers verkregen planten geven gewoonlijk in het eerste jaar slechts zeer weinig bloemen; in het tweede jaar bloeien zij echter volop.

Evenals alle Nieuw-Hollandsche decoratieplanten, verlangen ook de Eugenia's een mengsel van blad- en heide-aarde, vermengd met een weinig graszodengrond. In elk voorjaar moeten zij verpot worden, waarbij men moet oppassen, dat de stam niet in de aarde komt, daar het veeleer beter is, dat de bovenste wortels vrij liggen.

De cultuur der Bouvardia's is tamelijk eenvoudig. Nadat de planten uitgebloeid zijn, gaan zij haar rusttijd in; de uitgebloeide bloemen en de bladeren kunnen afgesneden worden, en planten, die nu zeer droog gehouden moeten worden, kunnen ter overwintering in een koele achterkamer of een volstrekt vorstvrijen kelder worden gezet. In Maart worden de planten weder voor den dag gehaald, en in goede broeiaarde verpot. Het is de zaak, er bij het verpotten op te letten, dat de oude aarde zooveel mogelijk tusschen de wortels uitgeschud wordt. De planten worden nu voor het venster van een matig warm vertrek gezet, waar zij weldra beginnen uit te groeien. In de tweede helft van Mei kan men de Bouvardia's in den tuin, of buiten voor het venster zetten. Laat men nu de planten ongestoord doorgroeien, dan zullen zij zonder twijfel alle in den zomer bloeien. Daar men ze echter als najaars- en winterbloeisters wil kweeken, moeten de scheuten tot Augustus geregeld getopt worden, ten einde den bloei te beletten. Zeer nuttig is het Bouvardia's in Juni nog eens te verplanten. Tegen de tweede helft van September zet men de planten in een vertrek, dat voorloopig nog geregeld gelucht, doch bij het intreden van kouder weer matig verwarmd wordt. Slechts d

Terwijl de Coleus des zomers op een warme standplaats zeer goed groeit, vooral, wanneer men ze verscheidene malen in goede broeiaarde verpot, ze rijkelijk giert en begiet, is zij in den winter zeer gevoelig, zoodat zij moet overwinteren in een vertrek met een gemiddelde temperatuur van 65° Fahr.

Zij behoort tot die bloemplanten, die in Januari of Februari, voor een zonnig venster in een warm vertrek geplaatst, zich zeer goed in bloei laten trekken. Om dit te doen, moeten de planten eerst verpot worden, waartoe men een mengsel gebruikt van heide- en veengrond, benevens een weinig klei en een goede hoeveelheid zand.

Het is voldoende, wanneer men haar eens om de twee jaren verpot, waartoe men een mengsel gebruikt van blad- en broeiaarde; heeft men dit niet, dan kan men ook lichten tuingrond gebruiken. Het best overwintert zij in een vertrek met een temperatuur van 45°-50° Fahr. De voortkweeking geschiedt door verdeeling der planten.

Woord Van De Dag

phylarchos

Anderen Op Zoek