United States or Ecuador ? Vote for the TOP Country of the Week !


In een van de kamers in den grooten tempel van Isis te Philae, aan Osiris gewijd, wordt het lichaam van Osiris afgebeeld met korenaren, welke uit zijn lichaam te voorschijn komen en daarbij ziet men de afbeelding van een priester, die de korenaren, uit een kan, welke hij in de hand heeft, begiet.

Gekookte en koud geworden bloemkool zet men, met de bloem naar boven, in een schotel, en begiet ze met eene saus, geroerd van olie, azijn, harde eijeren, zout en peper. Komkommers. De komkommers worden geschild en fijngeschaafd, of aan schijfjes gesneden; zij worden doorgaans luchtig dooreengeroerd met azijn, olie, zout en peper; een weinig gehakte dragon verfijnt ze zeer.

Dan legt men ze met een tinnen lepel in kokend water met zout en moet telkens den lepel daarin warm maken, opdat de bollen er niet aankleven. Daarin laat men ze ruim 10 minuten koken, en legt ze dan in een warm gemaakten schotel; men bestrooit ze met gestooten beschuit, en begiet ze met gewelde boter. Spekbollen. Men neemt 4 kopjes meel, 4 kopjes water, 4 eijeren en 6 1/2 lood spek.

Dit rotten heeft meestal plaats, wanneer men de knollen of bollen te veel begiet, te diep in de aarde geplant heeft en ook, wanneer een ongeduldige ze telkens weder uit de aarde neemt om te zien of ze nog geen wortels maken of uitgroeien. Wil men ook in dit opzicht zijn pogingen met succes bekroond zien, dan moet men in de eerste plaats geduld oefenen. De kamerplanten gedurende den zomer.

Terwijl de Coleus des zomers op een warme standplaats zeer goed groeit, vooral, wanneer men ze verscheidene malen in goede broeiaarde verpot, ze rijkelijk giert en begiet, is zij in den winter zeer gevoelig, zoodat zij moet overwinteren in een vertrek met een gemiddelde temperatuur van 65° Fahr.

Het vertrek, waarin zij staan, moet zeer koel, doch vorstvrij gehouden en van nu af aan zoo dikwijls en zoo rijkelijk mogelijk gelucht worden. De bladplanten, die in de woonkamer staan, kunnen in deze maand langzamerhand aan den groei gebracht worden, waartoe men ze wat meer begiet, en bij helder, zonnig weer nu en dan bespuit.

Gewoonlijk gaat het met de Ficussen in de kamer juist als met de Aralia's; de bladeren staan niet horizontaal tegen den stam, doch zij hangen er slap bij, wijl men haar te veel begiet en te warm houdt.

Alle Anjelieren worden gemakkelijk door ongedierte en andere ziekten aangetast, wanneer men ze des winters te veel begiet, of in dit jaargetijde de bladeren vochtig maakt en ook, wanneer men ze een te warme, besloten standplaats geeft. Des zomers moeten zij alle buiten gekweekt en rijkelijk begoten en gegierd worden.

Eene versche zijde spek wordt rondom, met zout, waardoor men een weinig salpeter gemengd heeft, zóólang ingewreven tot zij geen zout meer aanneemt. Dan wordt zij gedurende 14 of 16 dagen in een schoon vat gelegd en, mogt de pekel door vochtig weder vloeibaar worden, dan begiet men haar daar dagelijks mede.

De haringen worden, naar gelang zij zout zijn, 2 of 6 uren in water en melk geweekt, dan uitgenomen, in versch water afgespoeld en op een doorslag gelegd om uit te druipen. Vervolgens legt men ze in een steenen pot aan lagen met heele chalotten, nagelen, kappers, peper, citroenschijven en eenige laurierbladen er tusschen, waarop men ze met azijn begiet tot zij onderliggen.