Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 2 juli 2025
Des avonds waren het daar festijnen, orgieën met enkele uitverkoren vrienden en enkele uitverkoren schoonen: twee dames van een skating-rink en eene figurante van een theâter, die met hare vermillioenen lipjes genoeglijk rookten en dronken op Bertie's gezondheid.
In het halfduister stiet Frank bij eene beweging even Bertie's hand aan. En hij drukte die eensklaps, tot brekens toe, vast in de zijne en stamelde: Goede jongen, goede beste jongen! Zoû hij er heen gaan? dacht Bertie, toen hij den volgenden avond alleen thuis bleef en niet wist met welke plannen Frank was uitgegaan. Nu, Bertie zoû afwachten. Er was niets meer aan te doen.
Maar toch klampte hij zich aan zijn hevig verlangen vast, zijn hevig verlangen naar het vroegere geluk. Ach kom, jij kunt daar nu eenmaal niet over oordeelen! antwoordde hij ongeduldig. Bertie's blik als van zich afschuddend; jij hebt nooit van eene vrouw gehouden, al beweer je het. Waarom zoû alles niet weêr in orde kunnen komen? Wat is er dan gebeurd? Wat heb ik dan gedaan?
Zijne oogen zagen Frank zoo magnetisch zacht aan, dat het Frank werd alsof elk dier woorden eene zuivere waarheid bevatte en Bertie's laatste verwijt herinnerde Frank weêr zijne flauwheid, zijne weifelachtige zwakte, die lag onder al het mannelijk vertoon van zijne kracht als een week fondament.
Verder drong hij echter niet in Bertie's gemoedstoestand door: Bertie was immers gewend aan een vie de bohême: na ellende had hij weelde gekend; nu zou het leven weêr een beetje minder gemakkelijk voor hem worden: dat was alles. Bertie zelf, walgend van de harteloosheid zijner eerste overpeinzingen, liet zich doelloos meêsleepen van dag op dag, zonder meer aan zijne intriges te denken.
Dat hij gelijk had! O, Frank, ik weet niet, wat hij zei om zich te verdedigen, maar moet nu, nu nòg, Bertie's invloed ons kunnen scheiden! riep zij, bitter van wanhoop, uit. Neen, dat is het niet! weerde hij af. Verwar het niet. Het is niet Bertie's invloed, die ons scheidt, maar mijne schuld. Jouw schuld!
Zij sloot hare oogen, zeer moê van het ronddolen in die geheimzinnigheid des verledens, en zij zuchtte en streelde zijne hand, die zij in de hare had. En ook hij doolde rond in dat labyrinth van mysterie, zonder te vinden. Ook hij dacht zich nu terug en hij herinnerde zich iets van hunne laatste dagen te Londen: hij herinnerde zich Bertie's harde woorden, toen hij, Frank, gezegd had naar de Rhodes' te willen gaan; hij herinnerde zich Bertie's vleien en drijven om Londen te verlaten, om de wereld rond te zwalken ... Zoû Bertie ...? Had Bertie eenig belang ...? En hij zag het niet in, in den eenvoud zijner onpractische, achteloos milde vriendschappelijkheid, die nooit geld geteld, die het steeds gedeeld had met een ander, omdat hij veel had en die ander niets; hij zag het niet in, omdat hij over dat alles nooit had nagedacht in zijne vreemde onverschilligheid voor alles wat naar geldzaken zweemde: eene onverschilligheid, die als eene lacune in zijn begrip was, zooals een ander lacunes heeft waar het politiek, of kunst, of w
Het was in Eve eene zachte zusterlijkheid, een zachte geur van sympathie voor den vriend van haar aanstaande, iets romantisch teeders voor het mysterie van Bertie's diepzwarte oogen en smeekende stem, een medegevoel voor al het interessante, Byroniaansche leed, dat zij hem toedichtte: iets als de aesthetische ontferming van eene gevoelige lezeres over een, door geheime zielepijn gemartelden, romanheld.
Hij was zich niet meer bewust wat hij dacht, geheel in de war, vol valsche geluiden in zijn oor en in zijne verbeelding. In Bertie's woorden klonk iets onzuivers, eene detonatie, die hij niet kon aanwijzen, maar zich toch bewust was en ook klonk de stem van zijn eigen verlangen valsch, met vreemde, onoplosbare accoorden, die onharmonisch in elkaâr bleven voorttjingelen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek