United States or Senegal ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Dan eisch ik voor den man, dien ik bemin, en die geen ketter is, het recht om de laatste genademiddelen van de Kerk te ontvangen. Gij zult zijn ziel niet verdoemen, al veroordeelt gij zijn lichaam. Gij zijt zelf een te goed Katholiek, om een Katholiek te doen sterven zonder den bijstand van de Kerk." Don Fernando antwoordt hierop: "Er is geen priester hier."

Indien gij niet de gezindheid hebt, die uit uw woorden doorstraalt, voedt mij dan niet met ijdele hoop, laat mij naar de gevangenis terugkeeren en laat mij, als het u bevalt, daar treuren, hoewel ik, zoolang ik la Spina bemin, u als haar vader zal liefhebben en eeren, hoe gij ook jegens mij handelen zult.

Doch deze woorden eindigen in een verschrikkelijken kreet, als Alva, op een toon, even onwrikbaar als de rots der eeuwen, ijskoud zegt: "Gomez, haal den beul!" "Den beul! Vader, gij begrijpt het niet. Dit is de man, dien ik bemin." "Gij bemint hem?" spot de Hertog. "Gij bemint den vijand van uw land?

Maar hoor thans hoe kalm en gemeten ik u aanspreek .... Ik beken, mijn vriend, dat ik uitgeput ben niet echter vóor ik zegepraalde, wilde ik het u bekennen. Ik ben, tot op de laatste vezel, uitgeput. Ik bemin u niet meer. Waar is dan de zegepraal? Dat ik u niet meer bemin, eer gij zelf ophoudt mij te beminnen. Een vlugge traan trilde op hare wimpers en viel.

Hoor Adolf: ja ik bemin u! Niet als een zuster, met meer kracht, met onrustige drift. Deze bekentenis zij u een beloning, een troost op een eenzame baan, en belette u bij een goed werk te lijden. Dit is het inzicht dat mij mijn plicht zo ver doet vergeten.

Zoo verre gaat mijn hartstocht niet. Het is het vaste land, dat mij het water te meer doet waardeeren; maar ik bemin het dan ook met een gloed, die aller zeeën en stroomen tezamengedreven vocht niet in staat zou wezen te blusschen. Zie, daar stort zich de schuimende waterval met daverend geweld uit de hoogte neder in de diepte. Het is een prachtig gezicht, een majestueus gedruisch.

De tijd kan gekomen zijn, dat mijne tegenwoordigheid u blootstellen zou aan bevechting van buiten, aan bloedige twisten van binnen. Welaan, ik wil u bewijzen, hoezeer ik u bemin.

Weet gij dat niets ons meer kan scheiden, dat gij mij behoort, dat onze liefde zuiver is voor God, nu mijn vader mij gezegd heeft: bemin hem totdat mijn hand de uwe te samen voege en dat de zegen eens Priesters u aan elkander hechte. O geluk! Ik voel het leven en de kracht in mij terugkomen; genezen zal ik, Adolf.

Doch gij, geachte conrector,” ging de nieuwe hofraad voort, „eerst gij kunt de kroon op mijn geluk zetten. Reeds lang bemin ik in stilte mejuffer Veronica en ik mag mij beroemen op menigen vriendelijken blik, dien zij mij toewierp en die mij duidelijk toonde, dat zij mij zeker niet ongenegen is.

Zal ik Zondag de sterren weerzien? Voorzeker. Bemin mij, denk aan mij. Ik kus je." "23 April. Steeds treurig, bekommerd om je stilzwijgen, mijn eenig goed. Vele hartstochtelijke liefkoozingen." enz. De uitdrukkingen "ziek, stervend van liefde, neergesmakt van droefenis" zijn er schering en inslag.