Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 20 juni 2025
Een droom vooral, welke hem later, in den morgenstond overviel op dat tijdstip, waarin, gelijk men beweert, de droomen een meer stellige beduidenis hebben en meer dadelijke gevolgen zijn van de werking onzer verbeeldingskracht op onze gedachten, verdient om zijn zonderlingen aard een meer bijzondere vermelding.
Dit woord had oudtijds eene andere, gunstigere beduidenis, even als zoo menig ander woord; b. v. schalk, vroeger knecht beduidende; maarschalk, vroeger peerdeknecht; ons hedendaagsch knecht en het engelsche knight, thans ridder, zijn ook oorspronkelik de zelfde woorden.
Hem werden insgelijks teekens gedaan, doch hij kon er geene andere beduidenis aan toekennen, dan dat men waarschijnlijk eene laatste poging bij den koning wilde wagen om levensgenade te bekomen voor de arme Kerels, die andere door den val van den toren ellendig zouden worden verpletterd. Inderdaad, hij misgreep zich niet.
Maar niet alleen de werken der Ouden waren mijn vader dierbaar: al wat zich, al ware het slechts zijdelings, aan de dagen van Athene of Rome's grootheid hechtte, was hem welkom: en die geldstukken, wier gehalte of innerlijke waardij voorzeker van weinig beduidenis was, en die hun meeste waarde daaruit ontleenden dat het stel vrij volledig scheen, werden door hem met te meer opgetogenheid beschouwd, naarmate der grootsche herinneringen, die zij bij hem opwekten.
Het oud-germaansche woord stor, stur = groot komt in de Nederlanden nog slechts voor als stoer, struisch, stuursch, in drie gewyzigde beteekenissen. In de skandinaafsche talen heeft stor de oude beduidenis behouden. Stoor staat eigenlik tegenover kleen, als groot staat tegenover klein. Stoor en kleen hebben eene zeer stellige, eene zeer zekere beteekenis groot en klein eene betrekkelike.
In het hedendaagsche Friesch heeft hoas de beteekenis van kous. Maar in Holland had in de middeleeuen hoos de beduidenis van een kleedingstuk, dat bestond uit broek en kousen aan één stuk, gelijk men in die tyden droeg. Buitendien zoude men den geslachtsnaam Hoos nog kunnen voegen by die welke in § 138 vermeld zijn, omdat hoos ook de naam is van een natuurverschijnsel.
Altegader goede gaven, van Boven van den Vader der lichten afdalende. Maar hierbij blijft het niet. Neen, God de Heere riep al dit schoons niet uit niet tot aanzijn, als een bloem des velds, die eerst wel sierlijk pronkt, maar straks verwelkt. Neen, deze heilige ordinantie van den vader en het kind heeft hooger, heeft eeuwige beduidenis.
o, We weten het wel, hetgeen de psalmist zegt: »Hij geeft het zijnen beminden als in den slaap,« heeft in dat lied een andere beduidenis, maar als ge inslaapt met de bede: »Geef mij heilige gedachten en wees in den droom mijn lust!« dan mag dat naar de mystiek der Hernhutters onjuist zijn uitgedrukt, maar deze waarheid was er dan toch in, dat ge ook voor den nacht iets van uw God voor uw ziel dorst hopen.
En zoo ook omgekeerd, als God Abel kind maakt, en na hem alle mensch eerst kind maakt, dan heeft ook dat kind-zijn eeuwige beduidenis. Want ook dat kind-zijn uit vader en moeder is niets dan afdruksel en afschaduwing van wat ge zijn moet voor uw God.
Als ontleend aan de namen van byzondere soorten van kleedingstukken noemen wy nog de maagschapsnamen Ruygrok en Ruifrok, Ruigrok en Ruyfrok, allen het zelfde beteekenende. Immers ruig, ruif, ruw zijn niet aleen woorden van de zelfde beduidenis, maar ook van den zelfden oorsprong. Ook zijn deze namen al van oude dagteekening.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek