Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 3 oktober 2025


Tot dien tijd had hij zich altijd jong geloofd en de mode gevolgd. Zijn rok was van licht laken met breede overslagen, panden zoo lang als zwaluwstaarten en groote stalen knoopen. Daarbij een korte broek en gespen op de schoenen. Hij hield altijd de handen in zijn zakken, en zei dikwijls met gezag: "De Fransche Revolutie was niets dan een hoop bandieten."

Worden wij door turkmeensche bandieten aangevallen? Och neen: er loopen eenvoudig eenige kameelen op een rij achter elkander over de baan. Bij de nadering van den trein zetten zij het wel op een draf, maar zonder van de rails af te gaan.

Men moest er wel toe komen, om den grooten man op te sluiten, en der gevangenis van Szamos-Ujvar viel de eervolle onderscheiding te beurt, dezen vorst der bandieten binnen hare muren te ontvangen.

Cascabel zelf behoefde eerst tegen het einde van de pantomime op te treden en had dus tijd om zijne figuranten de noodige aanwijzingen te geven, en hen zoo toe te takelen dat zij behoorlijk als bandieten voor den dag konden komen. Intusschen had Kruidnagel de gebruikelijke drie slagen op de trom doen hooren.

Volgens sommigen is deze arbeid wel nutteloos; zij beschouwen eigenlijk alleen dan een bekeering als echt, wanneer iemand van zijn jeugd af als een kind des verbonds heeft geleefd. »Wacht u voor bekeerde Joden, voor bekeerde hoeren, voor bekeerde bandieten! Een vos verliest wel zijn haren, maar niet zijn streken." Ziedaar hun standpunt!

Het haar van Jeanne, dat zij droeg als de krijgslieden van dien tijd, wordt afgeknipt. Zoo laat men dit negentienjarige meisje, thans weer als vrouw gekleed, dag en nacht bewaken door Engelsche soldaten, d. w. z. door halve bandieten, halve beesten. Wij herhalen het, dit is mogelijk wel de wreedste en meest verfijnde marteling die men dit arme schepseltje heeft laten ondergaan.

De correspondent van de New-York Herald verzwijgt wijselijk zijn naam en woonplaats: het zal hem maar al te wel bewust zijn, welk lot ieder, die de waarheid durft zeggen, van de blanke bandieten te wachten staat.

Wijl hij, uit vrees van zich te verraden, niet durfde bukken, had hij de koorden van zijn linkerbeen niet doorgesneden. De bandieten hadden zich van hun eerste verbazing hersteld. "Wees gerust," zei Bigrenaille tot Thénardier, "hij is nog aan een been gebonden en zal niet wegloopen. Ik sta er voor in. Ik heb dien poot gebonden."

Toen had Gaetano zich plotseling tot de bandieten gewend. Hij had zijn vuist gebald en naar hen opgeheven. En hij had er uitgezien, alsof hij zich een dolk wenschte om hen één voor één te kunnen neerstooten. "Met dezen!" had hij uitgeroepen. "Zou ik in eenige gemeenschap staan met deze menschen?" Zeker had hij willen zeggen, dat hij niets had te maken met roovers en moordenaars.

Daar, toen hij zijn eigen kleeren uit het valies had aangedaan en op het paard van zijn knecht wilde stijgen, werden als door een hemelsch wonder de drie bandieten, die hem den vorigen avond beroofd hadden, wegens een ander misdrijf, waarvoor zij kort daarop gevat waren, in het kasteel gebracht en hij kreeg na hun bekentenis, het paard, de kleeren en het geld terug, zoodat hij er niets bij verloor dan een paar kousebanden, waarvan de roovers zelf niets meer wisten.

Woord Van De Dag

vorstengeslachten

Anderen Op Zoek