Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 20 juni 2025
Er klonk in de verte een sidderend gebrom als van eenen toethoorn. "De trein gaat voorbijkomen," zeide de baanwachter. "Blijf zitten, moeder, ik keer onmiddellijk tot u weder." Hij begaf zich naar de barreelen bij zijn wachthuisje, sloot ze van wederszijden der baan en liep dan op een boogschot verder, waar hij insgelijks de barreelen van eenen anderen steenweg toeschoof.
Zich op de houten bank aan hare zijde nederzettende, greep de baanwachter hare hand en zeide met zoete deelneming: "Moeder, gij zijt weder treurig gestemd vandaag. Zeker, blind zijn is een groot ongeluk, maar God heeft het zoo gewild, en wat men niet kan beteren, moet men met geduld verdragen. Gij zijt toch omringd van kinderen, die u eeren en liefhebben, en u ontbreekt immers niets?"
Maar daar kwam de pachter in huis, en deze bezag het arm huisgezin met eenen strengen, verstoorden blik. "Zijt gij niet de vrouw van Jan Verhelst, den baanwachter?" vroeg hij. "Eilaas, ja, om u te dienen, pachter," antwoordde Mie-Wanna met eenen zucht.
"Meent gij hoorngeblaas te vernemen? Het is nog wel veertig minuten te vroeg voor den sneltrein van tien uren." "Neen, dit niet: gedommel in de verre verte. Het zal gaan donderen, wees zeker, Jan." "Het is mogelijk; het was er vandaag een weder naar," zeide de baanwachter. "Komt, kinderen, gij moet gaan slapen.... Vervaard van den donder? Waarom?
Ook duurde het niet lang, of de groote schotel was zoo schoon uitgeveegd, als hadde men hem eerst afgewasschen. De blinde vrouw alleen was achtergebleven, doordien zij moeite had om met de vork hare spijs te vinden; maar nu hielpen haar van den eenen kant de baanwachter en van den anderen zijn zoon Sander. Beurtelings brachten zij met liefdevolle bezorgdheid de grootmoeder het eten aan den mond.
Allen schenen door zijne woorden eenigszins gerustgesteld en betuigden, dat zij zijnen raad zouden gehoorzamen. Maar toen de baanwachter de oude vrouw op zijn hart drukte en op diep ontstelden toon haar zeide: "Vaarwel, moeder lief!" viel de arme blinde in onmacht ter aarde.
Den volgenden morgen las ik in de courant, dat door den trein waarmee ik gereisd had, een baanwachter overreden was. Toen ik een dag in het hotel was, zag ik dat de hotelhouder wanhopig was, en alle gasten ontsteld waren. "Wat is er gebeurd?" vroeg ik. "Een van onze bedienden is door de pokken aangetast. O, welk een ellende!"
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek