United States or Heard Island and McDonald Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


Van al de nationale kleederdrachten in Nederland, zijn die van Marken het meest merkwaardig, omdat ze het meest zonderling zijn. Zij vormen een type op zich zelf, die van al de andere drachten zeer afwijkt, zooals ook de Hindelooper dracht in Friesland.

't Is juist ons samenleven, ons vereenigings-leven, dat van 't gewone vrouwenbestaan afwijkt. We staan in verbinding met de zustervereenigingen aan andere universiteiten, we zenden afgevaardigden, als er feest is.... en alles onder meisjes." "Dat vind ik nu juist jammer," kwam Go opeens, met haar heldere, besliste stem.

Een der merkwaardigste verschijnselen aan den Noorweegschen litterairen hemel der periode, die ons hier bezig houdt, is Al.L. Kielland geweest, zoowel door het comeetachtige van zijn verschijnen en zijn verdwijnen, als door zijn stijl, die zoo sterk afwijkt van wat men in Noorwegen voor en na hem te zien heeft gekregen.

~Trouweloos~ handelt iemand, die van een vrijwillig aangegane verbintenis met voorbedachten rade afwijkt, om zich zelf te bevoordeelen en een ander nadeel te berokkenen; hij ontziet zich daartoe niet, valsch en laag te handelen. Trouweloos te zijn is dus min of meer een karaktertrek, d.w.z. de trouweloosheid blijft in den regel niet tot één geval beperkt.

De literaire recensent, die zich hieraan schuldig maakt en aldus van den m.i. juisten weg afwijkt, doet te veel en maakt daardoor zijn arbeid minder betrouwbaar en minder waard.

Hoe weinig beantwoordt gij aan de heerlijke vooruitzichten, welke mij uw daden in den beginne beloofden ... dan genoeg! ik lees in het ongeduld, dat zich in al uw trekken vertoont, de bekrompenheid uwer ziel. Welaan dan, ik wil, u ten gevalle, alles uit een bloot menschelijk oogpunt beschouwen: dan nog vordert uw eer, ja uw belang, dat gij niet afwijkt van den eenmaal ingeslagen weg.

Ik erken dat deze meening, welke alles onderwerpt aan een onverschilligen wil Gods en beweert dat alles van zijn welbehagen afhangt, minder van de waarheid afwijkt dan de meening diergenen, die beweren dat God alles doet uit het gezichtspunt van het Goede.

Het oud-Bulgaarsch, waarvan het nieuw-Bulgaarsch eenigzins afwijkt, had de eer de heilige kerktaal der Russen en van alle andere niet-Katholieke Slawen te worden.

Terwijl in het Myceensche tijdperk de kleederdracht meer overeenstemt met de tegenwoordige, vindt men reeds in het Homerische tijdperk en verder gedurende de geheele oudheid een wijze van kleeding, die van de onze geheel afwijkt; de meeste kleeren worden eenvoudig omgeslagen om het lichaam, en dan op één of beide schouders of op de borst met een gesp of nestel, het best te vergelijken met onze veiligheidsspeld, vastgestoken.

Men wijst hem hoeveel grooter zij is dan de werkbijen; hoe haar geheele lichaamsbouw op talrijke punten van den hunne afwijkt; hoe haar gewoonten en instinkten haast in geen enkel opzicht dezelfde zijn als die der gewone werksters. En eindelijk krijgt hij iets te hooren, waarbij zelfs de beleefdste goedgeloovigheid twijfelen zou.