United States or Costa Rica ? Vote for the TOP Country of the Week !


Een der merkwaardigste verschijnselen aan den Noorweegschen litterairen hemel der periode, die ons hier bezig houdt, is Al.L. Kielland geweest, zoowel door het comeetachtige van zijn verschijnen en zijn verdwijnen, als door zijn stijl, die zoo sterk afwijkt van wat men in Noorwegen voor en na hem te zien heeft gekregen.

Men haalde zelfs verhalen op uit de oudheid, de meeningen van Aristoteles en Plinius, die aan het bestaan van zulke monsters geloof hechtten, vervolgens de verhalen van den Noorweegschen bisschop Pontoppidan, het relaas van Paul Heggede, en eindelijk het verslag van Harrington, wiens goede trouw men niet kan verdenken als hij de verzekering geeft dat hij in 1857 aan boord van den Castillaan de groote zeeslang gezien heeft, welke tot nog toe slechts in de verbeelding van vroegere dagbladschrijvers bestaan had.

Een in het oog vallend contrast vormt de Zweed in bijna al die opzichten, trots eenige gelijksoortigheid in ras, taal en bloed, met zijn Noorweegschen broeder. De Noorweger bewoont het Skandinavische Zwitserland.

De oude kobold is een echte, oude, eerlijke Noorweegsche grijsaard, vroolijk en eenvoudig; ik ken hem uit vroegere dagen, toen wij broederschap met elkander dronken; hij was hier om zijn vrouw af te halen; nu is zij dood; zij was een dochter van den koning der krijtrotsen van Möen. Hij nam zijn vrouw op krijt, zooals men pleegt te zeggen. O, wat verlang ik naar den Noorweegschen ouden kobold!

Niet zelden vinden wij op de Engelsche kaarten, even als in de Engelsche woordenboeken, plaatsnamen, die van Noorweegschen en Deenschen oorsprong zijn. Veel ook in de Engelsche uitspraak van Germaansche woorden, schijnt niet Saksisch of Duitsch, maar Skandinavisch te zijn.

Eerst in nieuweren tijd hebben de Denen hunne uiterste en laatste bezitting op het Skandinavische vasteland, in het oude land vanwaar zij herkomstig zijn, het landschap Schonen opgegeven. En eerst sedert dien tijd, sedert de Roeskilder-vrede in het jaar 1658, omvat de Zweedsche naam het geheele tesamenhangende en natuurlijk begrensde land ten Oosten van den Noorweegschen bergrug.

Wie zou gedacht hebben, dat Harald, binnen weinige dagen, zelf niet meer van zijn koninkrijk zou bezitten, dan wat hij in zijn toorn, aan den Noorweegschen overweldiger toegekend had?

Teekenend voor den toestand zijn twee verzamelingen, die in het begin van 1815 en 1816 uitkwamen als nieuwjaarswerken van den Noorweegschen zangberg. De eerste droeg den titel Nor, en poetisk Nytaarsgave for 1815.