United States or Colombia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Met een weinig scherpzinnigheid eenerzijds en een weinig goeden wil anderzijds, zou men op die wijze ook kunnen aantoonen, dat SHAKESPEARE in zijn Macbeth het oog moet hebben gehad op de geschiedenis van ADELA en BALDERIK.

Adela, die 's morgens nog zooveel afschrik van arme menschen getoond had, bevond zich dermate ontroerd op het gezicht van een zoo bitter lijden, dat zij zelve het mes van de tafel nam, en het brood tegen hare borst en fraaie kleederen plaatste om den jongen de boterham, waar hij naar snakte, voor te snijden. "Daar, mijn kind," sprak zij, "eet maar wel. Gij zult geenen honger meer lijden."

Janneken vatte de boterham met blijdschap, kuste zijne hand ten teeken van dankbaarheid en zag Adela met zulke zoete blikken aan, dat zij zich omwenden moest om hare tranen van aandoening te verbergen. Terzelfdertijd had de moeder hare oogen geopend en, als met zaligheid op haar etend kind gevestigd.

De gebeurtenissen, die daarna geschied zijn, mogen iedereen heugen. De maagden behooren die op hare wijze te verhalen en goed te laten beschrijven. Daarom rekenen wij hiermede onzen arbeid volbracht. Heil. Einde van het Boek. Mijn naam is Adelbrost, de zoon van Apol en Adela. Door mijn volk ben ik gekozen tot Grevetman over de Linda-oorden.

Met allerlei bloemen waren zij versierd, en de linnen jurken der meisjes waren omboord met goud uit den Rijn. Toen Adela uit haar huis op de straat kwam viel een bloemregen op haar hoofd, allen juichten luide, en de toethoornen der knapen klonken boven alles uit. Arme Adela, arm volk, hoe kort zal de vreugde hier vertoeven!

Toen haar het woord gegund was, opende zij hare valsche lippen en sprak: Gij allen schijnt zeer te hechten aan Adelas raad; doch dat zal daarom mijn mond niet sluiten noch snoeren. Wie toch is Adela en waar komt het van daan, dat gij haar zulken hoogen lof toezwaait?

De uitheemsche heeren kwamen hunne lieden opeischen; toen zij zagen hoe raar zij waren mishandeld, kwam toorn bij hen op; doch men verhaalde hun, hoe het gebeurd was. Wat deden zij verder? Zij bogen zich voor Adela en kusten de slip van haar kleed. Maar kom, verafwonende vriend. De woudvogelen vluchten voor de vele bezoekers. Kom, vriend, zoo moogt gij hare wijsheid hooren.

Toen ten laatste vroeg Adela het woord, en sprak: Gij allen weet, dat ik drie jaren burgtmaagd geweest ben; ook weet gij, dat ik gekozen ben tot volksmoeder en dat ik niet volksmoeder wezen wilde, omdat ik Apol tot mijn echtgenoot begeerde. Doch wat gij niet weet, dat is, dat ik alle gebeurtenissen nagegaan heb, evenals of ik een wezenlijke volksmoeder was geweest.