Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 4 juli 2025
136 Ik maakte den vader en den zoon tweedrachtig tegen elkander: Achitofel deed niet erger tegen Absolon en tegen David door het kwaadwillig stoken. 139 Omdat ik zoo nauw-verbonden personen scheidde, daarom draag ik helaas! het hoofd aldus gescheiden van zijnen oorsprong, die in dezen romp is. 142 Aldus wordt in mij nagekomen de wedervergelding." Vervolg van den achtsten ommegang.
Klemens Dag, was 'er een groot onweêr van donder en blixem; en zo een watervloed, dat het zeewater over de dyken heen stroomde, waardoor veele menschen in Friesland en elders verdronken. In den jaare 1336 zyn te Bolswert 136 huizen verbrand. Ook wierd Friesland in dit jaar wederom door een watervloed aangetast, daar door veele menschen en beesten verdronken.
Zeer schoon zijn vooral die soorten, welke gevlekte bladeren dragen, wijl deze vlekken vaak ook op de bladstelen voorkomen. De figuren 136 en 137 toonen twee jonge Dieffenbachia's, namelijk de Dieffenbachia Baumannii en de zeer schoone Dieffenbachia magnifica. In de kweekerijen worden deze planten door stekken en ook door stamstukjes voortgekweekt.
Charterboek, 754, 758, 760. Zie al de schrijvers aang. op bl. 136 der Geschiedk. Beschrijv. Op deze wijze ging de aloude Friesche vrijheid voor een groot gedeelte verloren, en was het volk genoodzaakt een vreemden bestuurder als Heer te erkennen.
Beide zijn oud-phoenicische nederzettingen. Tevens werd door deze wet de eerste quaestio perpetua ingesteld. In 136 streed hij als praetor, in 133 als consul zonder veel gevolg tegen de opgestane slaven op Sicilia. Hij was door zekeren Pupius geadopteerd en heette toen M. Pupius Piso Calpurnianus of M. Pupius Piso Frugi.
133 dat gij mij leidet daar waar gij zeidet, zoo dat ik zie de Poort van Sint Pieter, en diegenen, die gij als zoo bedrukt voorsteldet." 136 Toen schreed hij voort en ik hield mij achter hem.
130 Toen dit uitgesproken was sidderde het ongure landschap zoo krachtig, dat van den schrik mijn geest mij nog in zweet doet baden. 133 De tranenvolle aarde liet een wind los, welken bloedrood licht als van een bliksem verlichtte, hetwelk mij alle bezinning overwon; 136 en ik viel als een mensch, welken slaap bevangt. Eerste ommegang.
Scipio Africanus maior. Semp. Gracchus, zoon van no. 9, diende in 146 onder zijn zwager Scipio in Africa en in 136 in den numantijnschen oorlog onder den proconsul C. Hostilius Mancinus. Over land naar Rome terugkeerende, werd hij getroffen door de ellende der armere klasse, terwijl de rijken grooter grondbezittingen hadden, dan zij konden bebouwen.
133 Thaïs is dat, de lichtekooi, die wanneer haar minnaar zeide: "Vind ik wel groote dankbaarheid bij u?" hem antwoordde: "Wel wonderbaarlijk-groote." 136 Maar hier moet ons gezicht verzadigd zijn. Vervolg van den achtsten ommegang. De dichters bezoeken den derden Buidel, waarin de Simonie gestraft wordt.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek