Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 30 april 2025


"Hoe vindt g' onz' jonge dochter, mevreiwe?" vroeg hij aan de jonge barones; en toen zij hem vriendelijk had gelukgewenscht met het kind keek hij even, als onthutst, naar haar eigen zwaargeworden figuur en ging bedeesd en gegeneerd-stilzwijgend zitten. Daarbuiten op den boomgaard, galmde plotseling luid zweepgeklap en klonk de ruwe stem van Smul, die een bevel schreeuwde.

Men hoorde het getrappel der arbeiders, de schokken der wagens, het zweepgeklap; bij oogenblikken steeg het schrille lied naar boven, van eene over de binnenplaats heenloopende dienstbode. Al die geruchten klonken verzacht in die vreedzame rust dier kamer, waarin nog die snikken van Babet schenen te trillen.

Toen kwam er een monnik, een heer zeer geprezen, Een vriend van de jacht en van 't horengeschal, Zoo kloek en ervaren, een abt kon hij wezen; Ook hield hij veel kostbare paarden op stal; En gaf hij zijn moedigen klepper de sporen, Men kon op de winden het zweepgeklap hooren, Zoo duidelijk en klaar als de klok der kapel, Waarbij hij vertoefde in zijn eenzame cel. Chaucer.

Het let op de beweging van de handen en voeten van zijn leermeester, begrijpt de beteekenis van het zweepgeklap en van de woorden, die het vervangen of er mede gepaard gaan: het heeft dus werkelijk een klein woordenboek in de gedachten. Het blijkt niet, dat het behagen schept in de grappen, die het zoo dikwijls moet herhalen. Alleen in loopen en springen heeft het vermaak.

Waar soms de helling te steil werd, en het bleek dat het voor één span ossen onmogelik was, het zware voertuig op te slepen, werd halt gemaakt, een tweede span voor het eerste vastgehaakt, en op deze wijze onder veel zweepgeklap, met menige sjambokslag, gepaard met het onvermijdelik breken van jukscheiën, en het geklank van het uitgerekt geroep van: »Trek!

De schrille stem van den ouden boer kletste en knalde als zweepgeklap en zijn druk gebaren-maken vulde heel de keuken, terwijl zijn gerimpeld gezicht en zijn pezige hals al rooder werden, naarmate hij meer dronk en zich meer opwond; en zijn felle oogjes straalden zoo puntig fijn, dat zij wel schenen te steken en prikken als glinsterende naaldtoppen, zoo vol als zij waren van leuk-pittige boerenpret.

Men had nog niet begrepen, welke kuischheid, uitnemendheid en betamelijkheid er in gelegen zijn, zijn hemel in een hotsende postchais mede te nemen, aan zijn geheim het zweepgeklap te paren, een herbergsbed tot bruidsbed te nemen, en in een voor ieder toegankelijke slaapkamer tegen zooveel per nacht de heiligste herinnering des levens, aan het geheimzinnig gebabbel van den postwagenconducteur en de dienstmeid der herberg achter te laten.

Er was daar altijd levenspret en luide vroolijkheid; er klonk daar onophoudend juichgezang en zweepgeklap: er brandden steeds houtvuurtjes waarin geslachte kikkers en gestolen aardappelen gebraden werden en dikwijls zag men gansche benden van die bengels, in de verte klein als kabouters, met schepnetten de diepe, stille slooten en de snel-vliedende beekjes afvisschen en zegevierend naar het dorp terugkomen met glinsterende vangsten snoeken en baarzen, die nog amechtig-gapend tusschen de slijmerige mazen lagen te spartelen.

Hun eten en drinken hadden zij in een zakje en een kruikje met zich mee en feitelijk bestond hun eenige ernstige en verantwoordelijke taak in het dagelijks heen en weer loodsen der koeien, die 's ochtends en 's avonds moesten overzwemmen, bij den overzet van 't dorpje. Dat was telkens een druk-levendig gedoe en 't ging gepaard met heel wat zweepgeklap en schrille kreten.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek