Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 26 november 2025


Ik wil dat ze licht in haar stem zal hebben en in haar oogen, en dat ze het niet laat vallen, op de aarde die het zwart maakt! Vindt de Man dat nu goed? Die ziet het niet, denk ik! Die heeft weer zooveel te doen, dat hij geen tijd heeft om het te zien, denk ik! Maar ik bedoel den Man van 's avonds, toen ze zei: "Wat is het mooi hier"; vindt dié dat dan goed? Die heeft natuurlijk óók veel te doen!

Klaas antwoordde: Wel, omdat ik zelf niet geerne zou spartelen in de netten van de stadsserjanten. Te Damme werd Uilenspiegel's vader "Klaas de kooldrager" geheeten. Klaas had zwart haar, schitterende oogen; zijn vel was van de kleur zijner koopwaar, uitgenomen op Zon- en feestdagen, als er veel zeep in de stulp was. Hij was klein, hoekig, sterk en blijgezind.

Zyn onderste kakebeen is kort, zyne neusgaten zyn breed, en van knevels voorzien, even als de katten; zyne oogen zyn zwart, en zyne ooren klein en kaal. Aan elke poot heeft hy vyf klaauwen.

De kastelein had ook een winkel van ellegoederen en kruidenierswaren; na kerk stroomden de menschen er heen, mannen, vrouwen en kinderen allen in 't zwart. De vrouwen eerst in den winkel, later ook in de gelagkamer, waar de heeren dadelijk plaats namen.

Hij heeft zijn fabelachtig monster met schubben onder den buik, niet de hagedis, met puisten op den rug niet de pad een monster, dat in oude kalkovens en droge waterputten huist, dat zwart, harig, kleverig is, nu langzaam dan snel voortkruipt, dat geen geluid geeft, maar slechts kijkt en zoo vreeselijk is, dat nooit iemand het gezien heeft; hij noemt dit monster "de doove."

Het voorkomen dezer lieden is zeer opmerkelijk; meestal zijn zij groot en knap, maar hun uiterlijk is trotsch en losbandig. Vele dragen knevels, en lang zwart haar dat over hun rug golft.

Wij waren voor veertien dagen van proviand voorzien en namen de Eskimo's Ugpi en Talurnakto mee. De eerste, die de "Uil" bijgenaamd werd, had lang zwart haar en een open eerlijk gezicht. Hij was een uitstekend vogel- en rendierjager. Hij was ongeveer dertig en was getrouwd met Kabloka, een meisje van zeventien jaar. Ze hadden geen kinderen.

Mijne beide reisgezellen zitten neergehurkt in het schuitje, het hoofd onder hunne reisdekens verborgen. Ik verzamel al mijne krachten en poog hen omhoog te tillen. Het gelaat van Sivel was zwart, zijne oogen waren gebroken, zijn mond half geopend en met bloed gevuld. De oogen van Crocé waren half gesloten en zijn mond vol bloed.

En haar slankheid rekte zich nog door het sluike van haar kleedij, een rood tricot was gespannen om haar dunne meisjesachtige armen en om den vaasvorm van haar buste die bijna borstloos scheen. Onder het smalle middel hing de tricot met kleinen val over de hooge heup, over een zwart satijnachtigen rok, die glad en strak voor den schoot, naar lager met dwarse strijkplooien de knieën drapeerde.

Toen ging Pallieter voort. De avond vulde de lucht. De boomen stonden zwart en stil, en de eene ster na de andere sprong te voorschijn in het blauw. Pallieter zijn hart ging open voor den vrede van het land. En zoo stil lijk het was rond hem, was het in zijn hart.

Woord Van De Dag

kei

Anderen Op Zoek