Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 18 juni 2025


"Piet van den baron," antwoordde de knecht: "Ken je me niet meer oudje?" "Hoa! zoo!" hernam Wessels, terwijl hij met de linkerhand boven de oogen het zonlicht afsluitende, den man beter opnam: "Ik zou je woarlik niet gekend hebben. Hoe geet 't?" en hij stak hem de andere hand toe.

Toen, kort na 't overlijden van Wessels zoon, ook diens vrouw gestorven was, en de oude man met de veertien- en zestienjarige kleinkinderen overbleef, bestond er natuurlijk behoefte aan vrouwelijke hulp, doch de boerenmeid, die daartoe werd aangenomen, was op den duur veel te kostbaar en werd alzoo spoedig door een vlug en aardig meisje vervangen, dat, mede hare ouders voor eenige maanden verloren hebbende, gaarne den huis- en veld-arbeid zou verrichten, as ze moar de kleeren veur 't lief en de kost veur 't eten kreeg.

Wat mocht dat gewêst zin? Wessels hoorde niets meer; roepen wilde hij niet, en toen Doortje eenigen tijd later met een vuurrood gezicht tot hem kwam, maar op haar gewonen bezorgden toon zeide: "Hoe is 't boas, wi'j d'r ook weer in?" toen had de zwakke grijsaard geen moed om haar betreffende het gehoorde te ondervragen; en daar Doortje er niet van sprak, zweeg de oude ook, en voor den lezer, die 't niet begrepen heeft, blijft het dus een duistere zaak.

"Nou, je ziet er anders nog flink uit," sprak de knecht weder, en nadat het gesprek nog eenigen tijd alzoo was voortgezet, besloot hij met Wessels namens den baron te verzoeken, eens bij hem te willen komen. Daar kwamen eensklaps droevige beelden den grijsaard voor den geest: Bart de pacht geen geld; en het gelaat betrok zichtbaar. Drukkend was de warmte.

"Hoor eens Wessels," hernam de baron: "je weet wel dat ik je goed lijden mag; van lange praatjes houd ik niet, en daar ik begrijp dat er een warpunt in je rekening is, en omdat je oud bent, zoo zal ik ditmaal zóó komen" en de baron hield vijf uitgespreide vingers voor het aangezicht: "Maar," vervolgde hij, met den vinger dreigende: "pas op dat het volgend halfjaar de pacht niet uitblijft, want ze is laag genoeg.

Toen zij op de tribune hadden plaats genomen en aan het applaus een einde kwam, zond president Steijn den heer Wessels, zoon van den ons allen bekenden Wessels, naar de zaal, om den burgemeester van Bloemfontein, de heer Ehrlich, te verzoeken, met mij op de tribune plaats te nemen, en daarna werden ook mevrouw B. en de dames, die ons gebracht hadden, verzocht daar te komen.

Op reis? Ja, 't was een vermoeiende reis voor den oude. Voordat wij Arie Wessels bij den baron zullen binnenleiden, noodigen wij den lezer, om met ons tot den morgen van dien dag terug te keeren en het zoogenaamde kantoor van den baron Van Sommer binnen te treden, waar deze, in zijn voltaire liggende, de courant leest.

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek