United States or Guam ? Vote for the TOP Country of the Week !


Wel was hij langzamerhand grootendeels teruggekomen van diens denkbeelden, maar toch bleef hij er in zekere mate nog aan gehecht, als aan een oude gewoonte; nu echter gingen de oogen hem opeens open. Langen tijd zat hij als versuft, en toen hij eindelijk op zijn horloge keek, bemerkte hij dat het bijna etenstijd was. Hij kleedde zich dus haastig voor het diner, en ging naar beneden.

Te vergeefs poogde ik onder de wilden onze gidsen van zooeven te herkennen; ik hoorde en zag niets, versuft door het oorverdoovend geschreeuw: Siruta inta menea! geef mij een mes! dat door het bosch weerklonk. Ieder onzer was door minstens een zestal Chunchos omringd, zonder de vrouwen en kinderen te rekenen, die even dapper meededen.

Mijnheer Rousseau gevoelt nog altijd, bij oogenblikken, eene groote droefheid die hem verstikt; maar wat hem bovenal versuft, zijn hoofd op hol brengt en zijne ledematen doet beven, het is de gedachte dat de winkel, op een werkdag, gesloten blijft. Januari is een harde maand geweest. Geen werk, geen brood en geen brandstof in huis. Het gezin Morisseau heeft aan alles gebrek geleden.

Maar hij stond daar als een marmeren beeld, zonder één spier te vertrekken. Zijn ingevallen gezicht was steeds voorovergebogen, zijn onderkaak hing naar beneden en zijn oogen staarden voor zich uit, toen de gevangenbewaarder de hand op zijn arm legde om hem weg te brengen. Hij staarde hem een oogenblik als versuft aan en gehoorzaamde.

Frerik lachte zenuwachtig; Doortje had geen woorden, en de jonker, nog versuft door de slagen, die ook zijn oogen hadden getroffen, zocht zich, scharrelende, uit de voeten te maken. Na eenig zwijgen want zwijgen is veelal de tolk der eerste blijde aandoening des wederziens bij geliefden volgde er een schielijk geuite verklaring van hetgeen er zooeven gebeurd was.

Daar lag hij een oogenblik als versuft, doch toen zich schielijk oprichtende, trok hij zijn mes, en vloog als een razende op den reus aan. Deze had zijn handen in zijn broekzakken gestoken, en stond daar zóó bedaard, alsof hem niet het minste gevaar dreigde, en de kornel in het geheel niet bestond. Deze brulde op woedenden toon: "Hond! mij een oorveeg? Dat kost bloed, en wel het uwe!"

"Fel koud; het sneeuwt." Zich toen tot zijn dochter wendende, die op het bed bij het venster zat, riep hij haar toe, met donderende stem: "Haast u, van 't bed, luiwammes! Zult ge dan nooit iets doen! sla een ruit in!" Bibberend sprong het meisje van het bed. "Sla een ruit in!" herhaalde hij. Het kind was als versuft.

Boven gekomen, uit het helle halfdonker der trap die als een groot keldergat achter hen terug daalde naar de gang, bleven beiden een oogenblik staan, versuft, met een onwillekeurig dichtknijpen der oogen, verblind, overrompeld weêr door het licht, dat met de gloeiing van een heet vuur hing boven de Plaza. Voor hen uit kromde zich om de schijf van het bleekgele zandperk de zonzijde der arena.