Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 5 juni 2025


Ten derden met een lidwoord en een voorzetsel: Van der Paerdt, Van den Arend, Van der Steur, Van der Krab. Eindelik in den tweeden-naamval, als oneigenlike vadersnamen: Kieviets, Koekoeks, Spierings, Vliegen. Onder de namen van deze eerste afdeeling schuilen er velen die oorspronkelik mansvóórnamen zijn.

Even zoo Hugo, Huge, in tweeden-naamval Huges, met sen er achter: Hugessen. Uit deze samenstelling blijkt ook dat men de stemsate of klemtoon by 't uitspreken dezer namen niet op den tweeden lettergreep moet laten rusten, zoo als dikwijls geschiedt. De geest onzer taal eischt dat de volle klemtoon op den eersten lettergreep valle.

Deze geslachtsnamen, die oorspronkelik grootendeels, zoo niet allen, in Noord-Nederland inheemsch zijn, danken hun ontstaan aan de gewoonte van velen, vooral oudtijds en in de eigenlik-hollandsche gewesten, om hunnen vadersnaam, in den tweeden-naamval en met die z er achter, ter onderscheiding, te voegen tusschen hunnen eigenen vóórnaam en hunnen geslachtsnaam, of achter hunnen geslachtsnaam.

Schot, Schott, Schotsman en ook als patronymikon, in den tweeden-naamval, Schotsmans. De overeenkomst, in de 17de en 18de eeu, tusschen de schotsche kerk en de noord-nederlandsche, beiden van streng calvinistische richting, was oorzaak dat er in die eeuen tusschen Schotten en Nederlanders nog al talryke betrekkingen bestonden, en dat menige Schot onder ons kwam wonen.

By zulke geslachtsnamen als Leeuwen, Wolfs, Otters, Duyfjes, Harings, Bots, enz. is weinig twyfel aan hunnen oorsprong uit mansvóórnamen. By Arendsma, Haringsma, Botjes, Haantjes, enz. geheel geen. Geslachtsnamen, die als patronymika in den tweeden-naamval staan, en zonder eenigen twyfel van diernamen zijn afgeleid, komen slechts in zeer gering aantal voor; b. v.

Ook by zulke eigenaardige namen welke niet in eenen tweeden-naamval gedacht kunnen worden, of waar de genitivus geheel overbodig was, of rechtstreeks tegen den geest der taal indruischte, deden zy toch zoo. Op bl. 46 is reeds op deze eigenaardige naamsforming gewezen; verder op in dit werk zal men ook nog meer voorbeelden daarvan vinden.

Zelfs al hadden de oude Nederlanders reeds eenen vasten geslachtsnaam, dan plaatsten zy nog ten overvloede hunnen vadersnaam in dien byzonderen tweeden-naamval, achter hunnen eigenen doopnaam. Laurens, de zoon van Joost Baeck, een aanzienlik Amsterdammer uit de zeventiende eeu, schreef zynen naam als Laurens Joosten Baeck. En zyne tijdgenooten deden vast allen zoo.

De Friesen in 't algemeen maakten van hunne mansvóórnamen, sedert zy den oud-frieschen form van den genitivus op a niet meer gebruikten, den tweeden-naamval op is of es. Van den mansvóórnaam Geert b. v. maakten zy in den tweeden-naamval Geertis of Geertes. Kwam daar nu het oude woord ma achter ter forming van een patronymikon, dan ontstond alzoo de geslachtsnaam Geertisma of Geertesma.

Zy noemden zich met hunnen vadersnaam in den tweeden-naamval, als patronymikon; b.v. Mozes Isaacs of Izaks, Jacob Baruchs, Levi van Manasse, Josua van Abraham, enz. Deze eenvoudige, ter nauer nood voldoende onderscheiding was hun genoeg; ja, velen onder hen waren er byzonder aan gehecht als aan iets eigenaardig-joodsch.

Woord Van De Dag

morfinedroppels

Anderen Op Zoek