United States or Martinique ? Vote for the TOP Country of the Week !


Menschen, wees bedaard... 't staat in 'n boek Stoffel, zeg 't maar je zult 'r om lachen, juffrouw Mabbel, en 't mooiste is dat 't in 'n boek staat... je kunt er niets tegen zeggen toe, Stoffel, zeg 't maar! Juffrouw Laps, zei Stoffel plechtig en er was 'n gewichtig oogenblik aangebroken in 't avendje van juffrouw Pieterse juffrouw Laps, je bent 'n zoogdier.

De oude man was tevreden; en, gereed om zijn Elsje in de woonkamer te gaan opzoeken, waar de warme koffie dampte, en de gestopte meerschuimer gereed lag, trad de ondermeester hem tegemoet en zei glimlachend: "Dat was een toer meester, een heele toer met dien dommen stoffel; ik heb uw geduld bewonderd.

Wel zeker, hy heeft de menschen griffermeerd gemaakt. Luthersch, moeder! Nu, dat 's byna 'tzelfde. We moeten niet zoo bekrompen wezen, moeder! Wel neen, 'n mensch moet nooit bekrompen wezen! Precies wat ik altyd zeg. Want, Stoffel, wat doet er 'n mensch z'n geloof toe, niet waar, als-i maar braaf is, en niet roomsch. Enz. Enz. Enz.

Aldus sprak Stoffel. De buren? Nou, je moet ze kennen, die buren! De man onder me durft geen schoothondjen aan, laat staan, 'n moordenaar! En naast me woont er een die... wat zal ik je zeggen, 't is 'n jonkman, en je weet dat ik me niet graag in opspraak breng. Want... 'n mensch moet zorgen voor z'n fatsoen, en nooit ergernis geven, dat weet je-n-ook wel.

Stoffel dreunde z'n vrouwelyk werkwoord op, met veel gevoel, en de dames schaterden van lachen toen-i haar vertelde dat hy beschonken geweest was, en dat zy 't wezen zouden. Daarop werd de buurt over den hekel gehaald, en de juffrouw van "onder-achter" kreeg haar deel. Dat spreekt vanzelf want ze was er niet.

Juffrouw Pieterse begreep met bliksemsnelheid dat zich 'n gelegenheid opdeed om 't voordeel te herwinnen dat ze verloren had. Stoffel had gezegd: het stond in 'n boek... wat in 'n boek stond, moest meester weten; en dus: Meester, riep ze, is 't waar of niet, dat juffrouw Laps 'n zoogdier is?

Ik wil maar zeggen dat het zoo... Dat het zoo naar lemoentjes... ruikt, zei de moeder. En naar wyn! En je kunt er de suiker afkrabben! Waar ben je toch geweest, jongen? Schaam je je niet! By zulke fatsoenlyke menschen op vizite te komen ik mag wel zeggen: te leseeren, wat zeg jy, Stoffel? en je dan zóó aantestellen met suiker en citroen op je rug! 't Is 'n ware schande!

Stoffel slaagde niet zonder moeite in 't begrypelyk maken dat hier zeer in 't byzonder de eigenhandigheid van Wouter zelf bedoeld werd, en dat de zyne hoe mooi ook in dit geval niet baten kon. Wouter werd dus aan 't schryven gezet. Maar ... wat moet ik er boven zetten?

Hij had z'n bijbel niet moeten verkoopen ... dat is waar ... ook zou-i 't nooit weerdoen, dit had-i vast beloofd ... maar dan behoorde hij toch ook 'n kistje te hebben met dukaten, en 'n veer op z'n muts, zooals in 't boek stond. Ook verveelde hem zijn broer Stoffel, en zijn zusters, en juffrouw Laps, en huisdominee, en alles.

Stoffel, haal dan toch je boek, riep de moeder, en wys 't toch aan de juffrouw... ach lieve god, wat heb ik begonnen! Loop naar de hel met je boek en je zoogdieren. Je hebt me niets te wyzen in je boek, dat zeg ik je! En ik zeg je nogeens dat je-n-'n keronje bent, jy en je lummel van 'n zoon, en je sletten van dochters die opgroeien als...