Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 29 juli 2025


Wij zien, dat de graptolithen in het cambrische tijdperk ontstonden en na het silurische weder uitgestorven waren, en dat de trilobieten de permische periode niet hebben overleefd.

De devonische periode, de dochter en erfgename der silurische periode, wijst op eenen verbazenden vooruitgang in de organische wereld: de eerste gewervelde dieren verschijnen in het water, evenals hunne ongewervelde voorgangers: het zijn visschen.

De eerste op het land groeiende planten komen evenals de eerste in de lucht ademende dieren eerst voor op het einde van het silurische tijdperk. In het leisteen van Angers heeft men eenen schoonen afdruk van eene varen gevonden. Men vindt ook in de silurische lagen van Cincinnati wolfsklauwen en sigillaria's.

Dit zijn de oudste planten, buiten het water levende en dagteekenend uit de silurische periode. De reeds zoo ingewikkelde bouw der plant bij haar eerste verschijnen op de oppervlakte van den bodem, doet ons vermoeden, dat er eene ons onbekende periode moet geweest zijn, waarin op het vasteland eenvoudiger planten bestaan hebben dan varens.

Al is het immers mogelijk, in kaarten den toestand van Europa te teekenen in de silurische en de Juraperiode, tijdens de krijtformatie of in het midden der tertiaire periode, zoo zoude men tusschen die kaarten nog verscheidene andere moeten teekenen, geheel met de overige verschillend, en die met uitzondering der oorspronkelijke formaties, die boven de zee zijn blijven uitsteken sedert het begin der silurische periode, op een groot aantal plaatsen den gedurigen terugkeer en het verdwijnen der zee zouden moeten aanwijzen.

De tertiaire wereld ontrolt zich voor hem, en zie, nu vervolgt hij den steeds wijkenden gezichtseinder; zijn instinct is hem geopenbaard, hij vertrouwt zich aan de uitgestrekte ruimte toe. Een nieuw type ontstaat tegelijk met een nieuw heelal. Hoever zijn wij reeds verwijderd van het silurische weekdier of het kruipende dier uit de Juraperiode!

In het begin der Juraperiode was een groot gedeelte van Europa onder het water bedolven. Sedert de lang vervlogen tijden der Silurische zee, toen de granietmassa's van Bretagne, de Vendée en Auvergne te voorschijn traden en eilanden bijna zonder plantengroei vormden, is de zee verscheidene malen teruggegaan en weder teruggekeerd.

In den tijd waarin zich de lei-, de kwarts- en de kalkrotsen der laurentische, cambrische en silurische periode vormden, is de lucht gezuiverd, vielen de regens in plaats van voortdurend, met tusschenpoozen, en vormde de dampkring, nevelachtig en warm blijvend, eene tweede zee, over den Oceaan hangend.

Door opheffingen van de aardschors zijn de cambrische en silurische lagen op verschillende punten van Europa bloot geraakt en daardoor het voorwerp geworden van belangrijke onderzoekingen. In Engeland is de cambrische laag meer dan 6000 Meters dik en de silurische 8000 Meters. In Zweden daarentegen is de silurische laag slechts 600 Meters dik.

1 Oudste azoïsche periode of Laurentische periode. 2 Middelste azoïsche periode of Cambrische periode. 3 Jongste azoïsche periode of Silurische periode. II. Primaire periode. Periode der Visschen en Varens. 4 Oudste primaire periode of Devonische periode. 5 Middelste primaire periode of Steenkool periode. 6 Jongste primaire periode of Permische periode. III. Secundaire periode.

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek