Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 20 mei 2025
Zoolang de zon schijnt, rust zij slapend op een tak, het lichaam vast er tegen aangedrukt, de hals samengetrokken, de kop tusschen de schouderveeren verborgen, het geheele lichaam zoo onbeweeglijk, dat het meer op een knoest van een tak dan op een Vogel gelijkt. Ik moet uitdrukkelijk op den voorgrond stellen, dat het altijd dwars gericht is ten opzichte van den tak.
Bij het mannetje van de Roodmusch zijn de kruin, de keel, de krop en de staartwortel karmijnrood, de achterhals en de rug bruingrijs, met donkere, karmijnrood getinte vlekken geteekend, de buik, de schenkels en de onderdekveeren van den staart vuilwit; de donkerbruine slagpennen zijn aan de buitenzijde roestgeelachtig wit gezoomd; de schouderveeren hebben licht bruinachtige randen en zijn karmijnrood getint; de stuurpennen zijn grijsbruin met iets lichteren zoom; de bovendekveeren van den staart hebben een karmijnrooden zoom.
De vleugels zijn kort, maar hard en krachtig, in rust door de verlengde schouderveeren aan den bovenrand bedekt; de uit 10 pennen bestaande staart is lang en sterk afgerond; de veeren van het voorhoofd zijn tot een rechtopstaande kuif verlengd, de korte, eironde neusgaten in een borstelig bevederde neusgroeve gelegen.
De vleugels zijn middelmatig lang en spitser dan bij de Snippen; de lange schouderveeren vormen een tweede vleugelspits. De voeten zijn middelmatig lang; het onderbeen is verder onbevederd dan bij de Snippen; de teenen zijn korter; de achterteen is klein, hooger ingeplant en reikt niet tot op den grond.
Zij heeft met den 26 cM. langen staart een lengte van 41 cM. De kop, de nek en de borst zijn roetkleurig of zwartachtig bruin, de onderdeelen beneden de borst roodachtig of vaal geelachtig, de schouderveeren, de rug en de bovendekveeren van den staart donkerroodachtig, de dekveeren van den vleugel en de buitenvlag van de armpennen lichtgrijs, bijna wit, de overige slagpennen zwart, de middelste stuurpennen aschgrauw met zwarte spitsen, de overige stuurpennen wit met zwarte eindhelft.
De schouderveeren en groote bovenvleugeldekveeren zijn echter aan 't einde wit gezoomd, de beide eerste handpennen nagenoeg geheel zwart en op de witte spits met een zwarten band geteekend, de volgende grootendeels en in toenemende mate grijs, doch vóór de witte spits zwart. De snavel is geel, de voet geelachtig vleeschkleurig.
Onze Scharrelaar (Coracias garrula) gelijkt het meest op het zooeven geschetste beeld van de familie. Zijn vederenkleed is prachtig. De kop, de hals, de onderdeelen en de dekveeren van de vleugels zijn zacht hemelsblauw met groenachtigen tint, de kleine dekveeren langs den voorarm, de staartwortel en de bovendekveeren van den staart donker ultramarijnblauw, de mantel- en schouderveeren benevens de achterste armpennen kaneelbruin, de handpennen zwart, aan den wortel hemelsblauw, de armpennen zwart met donkerblauwen weerschijn, hemelsblauw op de wortelhelft van de buitenvlag, de geheele vleugel van onderen gezien donkerblauw, de beide middelste staartveeren vuil bruinachtig grijs, de overige dof hemelsblauw. Totale lengte 30
De veeren van de bovenzijde zijn roestbruingrauw met bruine randen, in het midden zwart en aschgrauw gevlekt; de kruin en de achterhals zijn grijsachtig hemelsblauw; de vier of drie dwarsstrepen, die de zijden van den hals versieren en samen een korten dwarsband vormen, zijn zwart met zilverkleurigen zoom; de voorhals, de krop en de bovenborst zijn wijnrood; het blauwachtige roodgrijs van de overige onderdeelen gaat allengs over in grijs-wit op den stuit; de toppen van de buitenste staartpennen zijn wit; de slagpennen zijn zwartachtig grijs, de armpennen met aschkleurig blauw waas, de schouderveeren zwartachtig met breede, roestroode randen.
Zijn herfstkleed is donkerzwart, de mantel, de schouderveeren, de achterste armpennen en de staartveeren aan het einde met duidelijken, de veeren van de zijden van de borst met onduidelijken, witachtig isabelkleurigen zoom. Het oog is donkerbruin, de snavel hoorngrijs, de voet zwart.
De armpennen zijn wit, met uitzondering van de drie eerste en laatste: de drie eerste zijn evenals de handpennen, gevlekt en bovendien nog wit gezoomd; de drie laatste zijn, evenals de grootste schouderveeren, donkerbruin, aan de wortelhelft van de binnenvlag wit, de groote dekveeren van de effen witte slagpennen eveneens wit, de beide middelste staartveeren effen donkerbruin, de wortelhelften der overige zwart, de tophelften wit met een zwarten dwarsband, die op de buitenste in een vlek eindigt.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek