United States or Malawi ? Vote for the TOP Country of the Week !


Terwijl Haarlem en Alkmaar belegerd werden, had de prins van Oranje zijne dagen niet in vadsige rust doorgebracht; al kwamen de vruchten van zijn rusteloozen arbeid ook niet in schitterende daden aan het licht, toch kunnen wij zijn invloed overal opmerken.

Wij dachten toen nog niet aan den aftocht van ons leger, dat langs daar zijn redding zou moeten zoeken in een rusteloozen trek van Antwerpen tot aan den Yzer, altijd voort altijd voort, zonder genade. Nu kwam nog niets den vrede van dat land verstooren.

De nieuwe stad was van vijanden omringd; op zee had zij te kampen met de piraten, en van de landzijde werd zij door de Slaven van Bosnië bedreigd; niettemin ontwikkelde zij zich; de nood dwong haar burgers tot onverpoosde inspanning en rusteloozen arbeid.

Toen hij eindelijk weer voor z'n doek zat het oude vrouwtje stond weer bij de open schuurdeur merkte Paul al dadelijk dat het niet goed gaan zou.... De loomheid zat hem in de hand en armen ook, 't was alsof de lucht hem drukte, de najaarslucht die dun en winderig was, het was een frissche, óverlichte dag, juist zooals gisteren en Zondag.... Toch dwong hij zich tot aandacht, tot gestadig schilderen.... En waarlijk scheen het dat het weer zou lukken.... 't Was wel heelemaal niet dat machtsgevoel van gisteren..., o neen! dat was het niet wat gloeide door zijn hand en pols, en in zijn dorren, dichtgeplakten mond, veeleer een koortsig droog verbranden van z'n huid, maar binnen-in geen open helderheid, geen groote visie, soms een warren van ideeën, als in een drukken, rusteloozen droom.... Toch kon hij juist bizonderheden nu zoo uiterst fijn belijnd, zoo toover-scherp belicht bespeuren, dat het wonder was.... Daar dus vandaag dan maar van profiteeren, tóch maar werken, blijven werken, blijven in zijn werk....

De bloedraad hield zijne eerste zitting den 20en September 1567 in Alba's woning en van nu af was hij met een rusteloozen ijver werkzaam. Hij ging daarbij zeer eenvoudig en snel te werk.

Eere der nagedachtenis van den man, die niet alleen het geluk zijner familie, maar ook de welvaart van zijn land door zijn rusteloozen en verstandigen arbeid bevorderd heeft. Max Wirth. Dalmatië. Onze kleine karavaan bestaat uit drie karren op lage wielen, zoo als die in Hongarije en Wallachije gebruikelijk zijn, en waaraan hoegenaamd geen ijzer gevonden wordt.

Het vuur onzer driften verbrandt ze in ons hart, of het ijs onzer bezadigdheid bevriest ze; de wereld lost ze op in den rusteloozen vloed van aandoeningen en ondervindingen die er overheenstroomt, of onze dartelheid, onze trots, en datgene in ons, dat wij "er uitgroeien" noemen, vernielt en verdoet ze moedwillig, tenzij wij ze balsemen met de geurige zalve onzer liefde!

Reeds bij de met heete kolendamp bezwangerde nevels van Elouges, Dour en Hornu, was het ons, of wij door eene hel rondwandelden; maar hier is die indruk nog sterker, in zoo geweldige mate is hier de geheele natuur veranderd en misvormd door den rusteloozen menschelijken arbeid, onverbiddelijk en onbuigzaam als het noodlot.

Inderdaad, tracht u voor een oogenblik dezen toestand helder voor den geest te brengen: een volk, zeer gering in aantal, opgesloten in eene door de natuur gevormde vesting van steile, naakte bergen, waar het schier aan alles mangelt wat ook voor het soberste leven onontbeerlijk is; en dat volk, bijna vijf eeuwen lang, gedwongen met het zwaard zijne onafhankelijkheid te verdedigen tegen een overmachtigen vijand, die zijn ondergang gezworen heeft; vijf eeuwen lang gewikkeld in een bijkans rusteloozen strijd met woeste, bloeddorstige barbaren, die overal waar zij verschijnen een spoor van verderf en dood achter zich laten; in een strijd, die de voortdurende inspanning, de onvoorwaardelijke toewijding van allen vraagt, die letterlijk allen dwingt onophoudelijk de wapenen te voeren en te ieder uur bereid te zijn, den dood tegemoet te gaan.

Als de meeste visschers zijn zij gehecht aan het oude en afkeerig van het nieuwe; kerksch en stijf gereformeerd. Een leven van rusteloozen arbeid onder dagelijksche ontbering en onophoudelijke gevaren stempelt het karakter en veroudert vroeg, maar schenkt ook aan deze zielen eigenaardige deugden, want over het algemeen zijn zij spaarzaam, trouw, ernstig en godsdienstig.