Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 29 oktober 2025
Het portier valt met een slag dicht; Barend de Koetsier klapt even met de tong, de twee bruinen trekken aan, stappen de poort uit en weldra rolt het rijtuig in snelle vaart den weg op. Jacob ziet het na, en terwijl hij de groote staldeuren sluit, zegt hij bij zichzelven: "'t Is toch een goed man, die een boel voor een ander overheeft. Jammer, dat hij zoo mankeliek is tusschenbeide."
Daarna rolt men het uit tot een rond blad en legt het op een doek, waarop eenig meel is gestrooid; dan vult men het met vierdeparten zure appelen, met suiker en eenige heele nagelen er tusschen; men slaat het blad daarover te zamen en knijpt het stevig digt. De doek wordt er om heen gebonden, en zoo kookt men den pudding 1 1/2 of 2 uren onafgebroken in kokend water. Men presenteert er suiker bij.
Daarop wordt het niet al te dun uitgerold, de kaneel, de overige suiker, benevens de krenten er op gestrooid, of de gelei er over gestreken, en dan rolt men het voorzigtig op, de beide einden tot elkander leggend, zoodat het een krans vormt, dien men op eene plaat legt, rijzen laat, daarna met boter besmeert, en drie kwartier bij den eersten warmtegraad laat bakken.
Vervolgens kneedt men dit alles met het meel tot een goed deeg en vormt er een bal van, dien men in vingerdikke schijven snijdt; deze schijven rolt men wat uit, steekt er met een blikken vorm ronde plaatjes af en bakt ze met pepernoten.
De man ontwaakt, dreigt 't fieltje dol, Maar 't kruipt in 't gat van eenen mol. Terwijl de beedlaar 't molgat sluit, Kruipt Duimken langs een ander uit. Steelt fruit, dat hem in de oogen blinkt, Maar rolt in 't water en verdrinkt. Onze volksprenten stellen zich ook ten doel, de kinderen binnen te leiden in den feestkring van het feestelijk jaar in Groot-Nederland.
Zie, hoe dit zwaard in zijne ridderlijke hand bliksemt.... Let op, let op, daar is de reus Carabos!... Ha, ha, zijn leeuwenhoofd rolt in het zand!... Moed, Arthur, moed: ik hoor den zevenhoofdigen draak uit den afgrond opstijgen en om wraak huilen.
Kom, het Rijntje dan nog maar reis". En haar schaar opnemende, om die, onder 't opzeggen, bij iederen nieuwen regel open te doen en bij 't invallen der caesuur toe te knijpen, begon zij met een door verlegenheid wat heesche stem, die gedurig scheller werd: "Zoo rust dan eindlijk, 't ruwe noorden Van hageljacht en stormgeloei, En rolt de Rijn weer langs zijn boorden, Ontslagen van de winterboei."
"Houdt de deur dicht!" roept de molenaar en loopt ijlings naar het geld, maar stoot aan de tafel, zoodat eenige stapels omvallen, en het geld door de kamer rolt. "Is dat uw goed geweten?" vraagt Fieken en zij ziet haren vader en hare moeder aan en zegt: "Moeder, laat de deur open! Dien mensch zendt ons onze lieve Heer; die brengt ons zegen in huis."
Een Spanjaard, die vervolgd wordt door een Hollander, werpt zich in zijn wanhoop plat op het ijs, en de Hollander rolt languit over hem heen, doch vlug ter been als hij is, geeft hij zijn vijand een goed gemikten trap in het oog met zijn Friesche schaats, en de Spanjaard is dood, eer de Hollander weer goed op zijn beenen staat.
Wij zijn verstijfd van schrik; de half witte, half blauwe bol, zoo groot als eene bom van tien duim, rolt langzaam voort en draait met eene verbazende snelheid rond onder den stoot van den orkaan. Hij komt hier, daar, stijgt op een der balken van het vlot; springt over op den zak met levensmiddelen, daalt weder, springt op, gaat strijkelings langs de kruitkist. O schrik!
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek