Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 14 mei 2025
Ik persoonlijk heb Don Quixote altijd een van de boeiendste en merkwaardigste boeken gevonden, die ooit geschreven zijn; maar waarschijnlijk om geheel andere redenen dan die het meerendeel van het publiek voor zijn voorliefde voor dit werk heeft. Want voor mij ligt de groote bekoring van het verhaal in het inzicht, dat het ons geeft in de romantische literatuur en in de gewoonten van dien tijd.
Maar wanneer de droomer tot daden ontwaakt, kan hij zeer gevaarlijk worden, wanneer zijne visioenen hem op dwaalwegen leiden, of wanneer hij tracht een droom tot werkelijkheid te maken. Dit was het geval met Don Quixote. Hij was eigenlijk niet gek genoeg om opgesloten te worden, maar wel om een last voor zijn omgeving te zijn, al was hij dan ook niet gevaarlijk.
Het is duidelijk, dat hij zijn best heeft gedaan zich los te maken van de literaire kluisters van zijn tijd, en dit met succes. Hij vindt het niet langer noodig schrijvers als Antonio de Guevara na te bootsen, zooals hij deed in dat gedeelte, waarin Don Quixote de Gouden Eeuw beschrijft.
»Zeg eens, Heer,« vroeg Sancho, »wat is de reden van de vijandschap tusschen die twee hooge vorsten?« »Dat is in twee woorden gezegd«, antwoordde Don Quixote, »de heiden Alifanfaron heeft de onbeschaamdheid gehad naar de hand te dingen van de dochter van Pentapolin, die hem gezegd heeft, dat hij niets van hem weten wil, tenzij hij zijn valsch geloof afzweert.«
Het is een gewoon verschijnsel bij dezen vorm van krankzinnigheid, dat de lijder gezelschap zoekt. Hij heeft voor de uitingen van zijn ijdelheid een publiek noodig; hij heeft behoefte, zijne plannen en denkbeelden mede te deelen aan iemand, die met aandacht naar hem luistert. In Sancho Panza vindt Don Quixote een eigenaardigen vertrouweling.
Intusschen had de schrijver van Don Quixote vriendschap gesloten met een Spaansch afvallige, een Navarreeschen tuinman, Juan genaamd. Samen groeven zij in een tuin, die dicht bij de zee gelegen was, een hol, en daarin verborgen zij één voor één veertien Christenslaven, die gedurende verscheidene maanden in het geheim gevoed werden, geholpen door een anderen heiden, El Dorador genaamd.
Toen Don Quixote hem hoorde schreeuwen, keerde hij terug, maar ofschoon hij hevig opspeelde, gingen de reizigers voort, Sancho te jonassen, totdat zij eindelijk, door vermoeidheid gedwongen, ophielden en hem lieten loopen. Het zou ons te ver voeren, indien wij Don Quixote stap voor stap wilden volgen door het land der valsche romantiek, dat hij voor zichzelf had geschapen.
Don Quixote moge hierin minder vermakelijk zijn, hij is veel diepzinniger geworden, en Sancho Panza wordt steeds verstandiger en helderder van oordeel. Ook de andere karakters zijn scherper geteekend dan in het eerste deel. Het vervolg van Don Quixote is inderdaad een groote spiegel, waarin de Spaansche maatschappij uit de dagen van Cervantes weerkaatst wordt door middel van een wonderbaar genie.
De herders, die bevreesd waren, dat zij hem gedood hadden, raapten vlug de doode schapen op en maakten zich uit de voeten, Don Quixote meer dood dan levend achterlatende. Niet minder merkwaardig is het verhaal van Cervantes, hoe Don Quixote er in slaagde, in het bezit te komen van den helm van Mambrino. Hij zag in de verte een ruiter, die op het hoofd iets droeg, dat als goud schitterde.
Zooals Sancho goed gezien had, bereed hij een ezel, dien Don Quixote natuurlijk voor een appelschimmel aanzag, zooals hij den barbier voor een ridder hield, en het koperen bekken voor een gouden helm; want in zijn verward brein paste zich elk voorwerp aan bij zijne romantische ideeën.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek