Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 14 mei 2025


»Er zijn sporen van landbouw op dat eilandje!" antwoordde de mesties met de hand wijzende. »Ja, waarlijk!" Beiden ontscheepten en zetten voet aan wal op een oever, die minder moerassig dan de overigen was. Mars had zich niet vergist. De sporen van landbouw waren duidelijk zichtbaar. Eenige knolplanten werden hier en daar ontwaard.

Maar wat is er nog, dat ik het mijne kan noemen?" Bij deze vraag werd haar lachend gelaat plotseling verduisterd. Zij dacht weder aan den verloren slag. Haar eigen macht was verspeeld, verloren, en de vrijheid van het vaderland dat zij liefhad, verbeurd. Reeds strekte Rome de hand er naar uit, om het als een nieuwe provincie bij de overigen te voegen. Doch dat mocht niet zoo zijn!

Deze werd nu met alle zorg van het paard getild en te bed gebracht, waarop hij terstond in een diepen slaap verzonk. De overigen bleven echter nog tot laat opzitten, om te overleggen, wat zij doen moesten om de dwaze inbeeldingen van den armen man zooveel mogelijk te keer te gaan of althans voor het vervolg onschadelijk te maken.

De rijkste inwoners vluchtten met have en goed, de overigen durfden geen tegenstand bieden en zoo gelukte het een handvol koene mannen, zich zonder moeite van de versterkte stad meester te maken.

De Britten tot hun ongeluk te laat beseft hebbende, dat zij nimmer ter beslissing der twisten op hun eiland, vreemden hadden moeten inhalen, moesten later die vreemden tot hunne heeren aannemen, of hun vaderland ontwijken. Velen begaven zich naar een gedeelte van Frankrijk, naderhand naar hen Bretagne genaamd; de overigen versmolten in de Anglo-Saksen.

De Beukmans bleven dus gewaarschuwd achter. Maar het was een waarschuwing waar ze niet veel mee konden doen! Klaas Beukman had niet lang behoeven te wachten op de vervulling van de bedreiging, die hem door zijn vriend overgebracht was. Van de overigen werd slechts één man in elk door den burgemeester aangewezen huis, doch alleen bij Afgescheidenen, onder dak gebracht.

In het midden daarvan staat het feesthuis, een vierkant van palen met een dak er op. De palen zijn hier en daar versierd met grof rood en zwart schilderwerk, het dak met een afhangende franje van verdord klapperblad. Het eigenlijke sieraad echter ontbreekt: menschenhoofden. De rijen schedels die hier vroeger hingen, liggen nu te Merauke en de vervanging door versche is, sedert een paar jaar, ondoenlijk gebleken. De mannen van het dorp houden hier den gezamenlijken maaltijd als zij met een buit van kangaroe of wild zwijn zijn teruggekomen uit het woud; hier ook hun drinkgelagen. Niet van jenever: de invoer van alcohol is, als die van geweren en kruit, verboden, en hier in de nabijheid van Merauke waarschijnlijk ook zoo goed als onmogelijk. Maar op vele plaatsen, in den Maleischen archipel zoowel als op Nieuw-Guinea, groeien in het wild planten wier sap bedwelmt. Hier is het de "wati," een kruidachtig struikje waar alle bosschen vol van zijn; het groeit tot aan de hutten van het gehucht toe. Uit de bitter-geurige bladeren en stengels komt een sap dat eerst vroolijk, dan half-dol, dan bewusteloos maakt. Het wordt er uit geperst door kauwen, wat, met het opvangen van het sap, het werk van de vrouwen is. Den avond voor onze komst was er, waarschijnlijk, een feest in de loods geweest. Wij vonden er een man op den grond liggen, bewusteloos-dronken. Anders was er niemand. De overigen waren naar de boot "een schip-vol rijst is aangekomen!", was in de vroegte al geroepen; of naar het hospitaal van de missionarissen van het Heilig Hart, met de een of andere wond, bij ontnuchtering gewaar geworden; of mogelijk naar de tuinen, waarin de broeders trachten hen ketellah obi en allerlei groenten te doen verbouwen; of meer waarschijnlijk op de jacht. In het vrouwendorp was eenige beweging. De meesten ook van hen waren weg, zij werkten in de tuinen of zij vischten op de zee. Maar er waren er toch een paar achtergebleven met eenige jongens en meisjes van een jaar of tien, en één kleintje, van misschien drie het eenige kind in het geheele gehucht, als wij van onzen gids hoorden. Het vrouwendorp zag er nog ellendiger uit als het kan dan het mannendorp. Een lange loods met één wand, die naar de zee was gekeerd, en een rij ten ruwste van de takken ontdane stammen, met de schors er nog aan, als pijlers om aan den anderen kant het schuins afhangende bladerdak te stutten, was de gezamenlijke woning van een aantal vrouwen-en-kindergezinnen. Op de breede bank, bed en tafel tegelijk, langs de geheele lengte van de loods loopend, waren de plaatsen afgedeeld door hoopjes van elks bezittingen een mat, bamboe-schalmen om water in te dragen, een van bladreepen gevlochten zak, een vezelen net, een paar klappernoten. De etens-voorraad van het dorp hing aan de palen klompen steenhard sagomeel in bladers gepakt, rissen gedroogde visch, een stuk vleesch, dat in den rook zwart was geworden. In een hoek lag een zieke verlamd, als we hoorden, sedert jaren. Her en der liepen, knorrend, zwarte varkens, die wroetten in allerlei afval van klapperschalen, vischgraten en leege schelpen. Aan den ingang van een afzonderlijk krot zat een vrouw met een biggetje op den schoot, dat zij koesterde of het een kind was. De vrouwen waren, als de mannen, geheel naakt. Als sieraad hadden ook zij een tatouage van litteekens. Die worden, als de huwbare leeftijd intreedt, met scherpe schelpen aangebracht, en verduidelijkt door inwrijving van de wonden met asch, wat het spoedige sluiten belet en breede litteekens doet ontstaan. Zooals die versiering met litteekens het onderscheid was tusschen kind en meisje, zoo was een ellendig-vervallen voorkomen het onderscheid tusschen meisje en vrouw. Waren zij jong, waren zij oud, die getrouwde vrouwen, moeder een enkele, de anderen alle kinderloos? Het was niet te zeggen. Allen waren zij mager, holoogd, suf, vuil. Allen ook hadden zij litteekens,

Eenige zeggen, dat slechts sommige Beren zich weken lang in hun leger verbergen, terwijl de overigen ook in den winter van de eene plaats naar de andere zwerven, ja zelfs van de noordelijke gewesten naar de zuidelijke verhuizen; andere meenen, dat dit alleen in zachte winters geschiedt, en dat gedurende koudere winters alle Zwarte Beren winterslaap houden.

De pochende Andalusiërs, die altijd den mond vol hebben van moord en doodslag, trokken dadelijk erbarmelijke gezichten. Allen zochten een goed heenkomen. De Dancaïre, Garcia, een mooie jongen uit Ecija, die de Remendado heette, en Carmen verloren hun bezinning niet. De overigen hadden hun muilezels achtergelaten en in de ravijnen de wijk genomen, waar de paarden hen niet konden volgen.

"En het is onmogelijk zich er voor in te bewaren," antwoordde Ferguson; "somtijds zijn de inwoners op het denkbeeld gekomen bosschen, ja zelfs oogstvelden in brand te steken om de vlucht dezer insecten te stuiten, maar de eerste rijen zich in de vlammen werpende, dooven die uit door hunne massa, en de overigen gaan daar bedaard over heen.

Woord Van De Dag

kiest

Anderen Op Zoek