Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 6 mei 2025
In zekeren nacht werd hij, terwijl hij daarmede bezig was, door een hevige onweersbui overvallen, en zag hij een ontzaglijken reus vóór zich met een langen rooden neus en groote fonkelende oogen, met klauwen als van een vogel, en gevederde vleugels.
"Nu, laat ons klaar zijn; de tijd is kostelijk", viel Burchard hem in de rede. "Ziehier, Robrecht, waarom wij tot u gekomen zijn. Iemand heeft onzen graaf Willem een ontwerp medegedeeld dat, kan het uitgevoerd worden, de vrijheid der Kerels voor altijd moet redden en waarschijnlijk den oorlog nog zal voorkomen. In alle geval zal het de macht onzer vijanden eenen ontzaglijken slag toebrengen.
Zoo als later bleek, waren de reizigers in het hart van Noorwegen, driehonderd-vijftig mijlen ten noorden van Christiania, zestienhonderd-vijftig mijlen ten noorden van Parijs: zij hadden dien ontzaglijken afstand in veertien uren afgelegd: dat wil zeggen, met eene snelheid van honderd-twaalf mijlen in het uur!
Hij beukte met eenen ontzaglijken druk van zijnen schouder de deur open en hief zijn zwaard in de hoogte, om zijnen bloedvijand het hoofd te klooven; maar een dubbele noodkreet klonk hem tegen, en hij zag zijne verloofde en zijne zuster, die in eenen hoek der kamer elkander angstig hielden omarmd. "O, Witta, Dakerlia", riep hij, "staat op, volgt mij, ik kom u redden!"
Sedert de geboorte der aarde, sedert het tijdstip, waarop zij, losgerukt van de zonnenevelvlek, als planeet een zelfstandig bestaan verkreeg, en zich tot eenen bol verdichtte, afkoelde, vast en bewoonbaar werd, zijn zóóvele millioenen jaren voorbijgegaan, dat de geheele geschiedenis der menschheid bij dien ontzaglijken tijdkring in het niet verzinkt.
Toen Matakichi den volgenden morgen ontwaakte en de blinden opende, ontdekte hij den ontzaglijken awabi, dien hij bij het Rotseiland had gezien. Hij nam dien mede naar den ouden priester, die, na het verhaal van zijn leerling te hebben aangehoord, een verslag gaf van zijn eigen ondervindingen.
"Maar waar komen wij zelf van daan?" vroeg een kind wel eens, en dan werd ook daarover een merkwaardig verhaal medegedeeld. "In vroegere dagen was het volk op aarde zeer misdadig," zoo luidde het verhaal, "en daarom zond Zeus een ontzaglijken vloed, om hen te verdelgen. Alleen Deucalion en zijn vrouw Pyrrha waren deugdzaam, en daarom beloofde Zeus, dat zij gered zouden worden.
Geheel Hickleybrow bemerkte spoedig den ontzaglijken rookkolom, en kwam aangeloopen naar den heuveltop, in allerlei vormen van déshabillé om hen te zien terugkeeren.
Genoeg hiervan: wat deze vlek ook moge bewijzen, zeer zeker wel dit, dat er in den geest van den grooten hervormer een strijd moet hebben gewoed, van welks hevigheid en ontzaglijken ernst wij, alledaagsche menschen, ons in de verte geen denkbeeld kunnen vormen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek