Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 11 juli 2025
De roode Wulpen leven in gezelschap, even als de Oijevaars, en bewoonen voornamelyk de oevers der Rivieren, of de stranden der zee; en men vind ze aldaar in zulk een ongemeen groot getal, dat men meenen zoude, dat het zand rood geverwd was.
Hy is ongemeen schoon, en even als alle anderen van dit zoort, bezit hy het vermogen om van kleur te veranderen; maar geen tyd gehad hebbende, om hem met aandacht te onderzoeken, kan ik van zynen aart en hoedanigheden niets meer zeggen. In Surinamen is ook nog een zoort van Hagedis, bekend onder den naam van Salamander; maar ik heb hem nooit gezien.
Op een October-morgen, door den ongemeen fraaien herfst van 1831 verlokt, waren zij uitgegaan en bevonden zich, toen 't licht werd, bij de barrière du Maine.
Die wandeling over heuvels en door boschjes, beviel mij ongemeen. Trévoux een oud stadje, behoorende tot het Departement de l'Ain, ligt Amphitheatersgewijze tegen eene hoogte langs den linkeroever van de rivier.
De breedte der rivier, voor Kinshassa ± 4 K.M. bedragende, wordt hierdoor plotseling tot op 1/3 teruggebracht, wat natuurlijk een ongemeen sterken stroom tengevolge heeft.
Het plantenrijk is hier misschien weelderiger dan ergens elders in Mexiko en vervult de lucht met de heerlijkste geuren. De tint der bevolking is er blanker dan in het binnenland, en de vrouwen van Jalapa gaan zelfs voor de schoonste des lands door. Niet slechts de jaarmis, maar ook de gewone markten worden te Jalapa ongemeen druk bezocht.
En alsoo het op die tyt al de lugt, die daar binnen in geblasen is geworden, niet in het Oorken kan perssen, soo sluyten syne bewegende Vesels haar soo ongemeen sterk in malkanderen, dat selfs de lugt, die daar binnen in is, op die tyt verdikt wordt.
Overigens geenerlei opschik van doekspeld of hemdsknoopjes, alleen om den hals een groen moirée lint, waaraan een kruis hing van ongemeen groote diamanten, zeker eene ridderorde, die in geen anderen vorm mocht gedragen worden.
De heer Gillenormand die in 1831 nog springlevend was, was een dier menschen, welke door hun hoogen leeftijd merkwaardig worden en thans ongemeen zijn, terwijl zij vroeger als iedereen geleken en thans op niemand meer gelijken.
De Taijers, voortkomende uit het midden van een groen heestergewas van eene meelachtige zelfstandigheid, het welk niet meer dan drie of vier voeten hoog is, bladeren voortbrengt, die ongemeen breed zyn, en de gedaante van een hart hebben, en waar van de stam naar die van den Bananen-boom gelykt.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek