United States or Dominican Republic ? Vote for the TOP Country of the Week !


Tallooze wereldlijke en geestelijke heeren waren verschenen en menigeen prees het prachtige godshuis, de milddadigheid van de burgers en de wijsheid van den prijzenswaardigen raad. Deze echter bevond zich in groote verlegenheid. Zeer wijselijk had geen der waardige vaders iets van het verdrag, met den Satan verteld; slechts een van hen had het in een zwak uur aan zijn vrouw opgebiecht.

Voor ziekten in den mond, de keel en de ademingsorganen is hij bijzonder aan te bevelen; overigens, menigeen heeft zulks genoegzaam ondervonden. Verder wordt de honig met goed gevolg gebezigd in ziekten aan de blaas en de nieren, en is een pijnstillend middel voor zweren, puistjes op de huid en brandwonden.

De heeren fluisteren elkander toe, dat hij eene lijst nahoudt van absenten en telaatgekomenen; menigeen heeft zich overtuigd, dat die lijst bestaat, als de secretaris-generaal ~ad-interim~ hem doet roepen, en op koud-beleefden toon verzoekt, aan het ministerie de eer zijner tegenwoordigheid in 't vervolg wat vroeger te willen gunnen.

Wie is toch Sint-NIKOLAAS? een wezen der verbeelding? of een man, die werkelijk hier op aarde geleefd heeft? ziedaar de eerste vraag, die bij zoo menigeen' onzer landgenooten zal zijn opgekomen, zonder dat hij aan zijne nieuwsgierigheid voldoen kon.

Hij moet in een diep en donker hol wonen en men fluistert, dat er dicht bij, menigeen begraven ligt, die geen natuurlijken dood is gestorven. Het eenzame pad door het gebergte loopt over zijn gronden, en het is eigenaardig, dat zoo veel reizigers het wel opgaan maar nooit terugkeeren. En altijd zijn het personen, die veel geld of geldswaardige zaken bij zich hadden.

Die verplaatsing van de macht was gekomen, doordat de kraaien op de kraaienvlakte een ander leven wilden gaan leiden. 't Kan wel zijn, dat menigeen gelooft, dat alles, wat kraai heet, op dezelfde manier leeft, maar dat is heelemaal onjuist.

»Gij hebt volkomen gelijk!" antwoordde de oude; »ik heb menigeen zien sterven, wiens dood mij verreweg verkieselijker voorkwam dan de onze, ja, dan het leven zelfs. Ach, kinderen, daar zijn veel betere tijden geweest, dan de tegenwoordige." »Vertel ons iets uit die dagen!" »Verhaal ons, waarom gij nooit gehuwd zijt geweest.

SPOEL. Beste heer Mosterdzaad, ik ben met uw lijdzaamheid wel bekend; dat flauwhartige, lompzware ossenvleesch heeft al menigen edelman van uw familie verslonden; ik kan u verzekeren, menigeen van uw geslacht heeft mij al heel wat tranen uit de oogen geperst. Ik hoop nog nadere kennis te maken, beste sinjeur Mosterdzaad.

"Ja! ja," zeide Zweder: "die voorspelling van Graaf Reinout en van den kokeler is menigeen voor den geest gekomen in deze laatste dagen! en, zoo ik hoor, heeft de Heer van Beaumont den Graaf nog gebeden den tocht niet aan te vangen, zonder tevens eenige benden te land te zenden." "Welnu! dat zal immers geschieden," zeide Deodaat.

Wijd genoeg is de deur, zoo die uit den bak als die uit de loges naar buiten geleid; maar de samenpersing van dien hoop menschen, die gelijktijdig een uitweg zoeken, belemmert den doortocht: ieder wil de eerste zijn en de eene houdt den ander tegen; menigeen raakt in 't gedrang onder den voet: anderen vallen duizelend neder, half gestikt door den ingeademden damp.