Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 24 mei 2025


Die doode, kleurlooze klomp, dien hij moest conterfeiten, die benauwde zaal vol leerlingen, dat triestig licht door matte glazen, alles belemmerde en ontzenuwde het eenzaam, droomerig natuurkind, gewend aan zon en vrije ruimte, en hij had het wanhopig gevoel daar nooit te zullen aarden en er nooit iets goeds te kunnen voortbrengen.

En zij liet slap de beide armen hangen naast haar witte gestrekte boezelaar, en strekte de beenen en lag te denken. Zooals een schip dat ergens in de zee geschommeld wordt door het loodgrijze water. Het is een wrak, er is geen levend mensch meer op. Het heeft geen roer, geen mast, geen zeil, 't is maar een klomp hout. En de golven doen wat zij willen, en doen of 't schip er niet is.

En dat vind ik heelemaal niet terug in die klomp grijze klei, die daar voor me staat ... zooals ik hem daar voor me zie, is 't die independente groote ziel niet; hij lijkt op iedereen, op een gewoon mensch! Maar z'n gezicht is ook heel banaal!

Hier werd de mestkever in een ouden, halfgebroken klomp gezet, daarop werd er een stokje voor mast ingestoken, en aan dezen mast bond men den mestkever nu met een wollen draadje vast. Nu was hij schipper en moest zeilen. De vijver was zeer groot, den mestkever scheen het een oceaan toe, en hij verwonderde zich daarover zoozeer, dat hij op zijn rug viel en met zijn pooten lag te trappelen.

Hij stond op, trok een paar maal heel geleerd aan zijne lange pijp en ging met afgemeten stappen naar het venster, waar hij den klomp goud kon zien liggen. Hij sprak niet, voordat hij wist, wat hij zeggen zou en ook toen wachtte hij nog, totdat hij weder op zijn troon zat, omdat de woorden dan nog veel meer indruk maakten.

Het vroor, dat het kraakte; het eendje moest voortdurend zijn pooten gebruiken, opdat het gat niet geheel dicht zou gaan. Eindelijk werd het moede, bleef doodstil liggen en vroor in het ijs vast. 's Morgens vroeg kwam er een boer voorbij. Toen hij het eendje zag, ging hij er heen, trapte het ijs met zijn klomp aan stukken en bracht het dier naar zijn vrouw toe. Daar kwam het weer bij.

Dat insect legt een grooten klomp oranjekleurige eieren, uit welke kleine witte larven komen, die op planten kruipen, en zich in eene bloem verbergen. Hier wacht zij tot eene bij de bloem bezoekt, dan hecht zich het kleine wormpje aan de bij en wordt door deze medegevoerd naar het nest. Zoodra de bij nu haar ei legt, laat de larve zich daarop neer en eet het op.

"Ja, dat moet zeker zoo wezen," antwoordde kleine Mads. Zij keerden de klomp om, en bekeken die nauwkeurig, want het overkomt niet iedereen dwergeklompjes op den weg te vinden. "Wacht! wacht eens, Mads," zei Asa. "Hier staat iets op den eenen kant." "Ja, dat is zoo. Het zijn kleine letters." "Laat eens zien. Ja, daar staat.... daar staat: Niels Holgersson, V. Vemmenhög."

Victorie! riepen Bohort, Sagremort, Ywein... wat zal ik de anderen nog noemen! Maar Gawein riep niet meê van victorië. Hij had daar ginds, ter zijde der vlakte, bespeurd de princes, te midden harer radelooze baroenen. Hij bespeurde tevens een Tafel-Ronde-ridder, die over zijn stervende ros lag en twee aanvalleren boven zich... een klomp van knarsend en rammelend en frotsierend metaal.

Zij staarde recht voor zich uit, minuten lang, met vaalbleek gelaat en onbeweeglijken blik. Maar in haar hart was een storm, een orkaan, welks koude adem dat gloeiende, hartstochtelijk liefhebbende hart tot een klomp ijs verstijfde.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek