Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 22 oktober 2025


Hij zag verder naast zich en dacht: Tacitus, de melancholie, Juvenalis, de verbitterdheid om hun tijd.... Verginius Rufus, de antieke Romeinsche voornaamheid.... Frontinus, de brave soldaat met verborgen dichterziel.... Plinius, Plinius is wien ik bemin en bewonder.... Hij begrijpt alles, hij verontschuldigt

Vol Romeinsche waardigheid vulde zich de orchestra; toga's ontplooiden zich; laticlaviæ vielen purperomzoomd langs de zetels; de cavea staarde toe, noemde namen.... Wij komen laat! drongen zich beleefd Juvenalis en de jonge Suetonius tusschen de eerste ridderbanken.

Dat is vermoedelijk, zeide Verginius Rufus; die zekere Johannes; de Keizer heeft in der tijd bevolen, dat hij in de kokende olie gedompeld werd. Gebeurde dat? vroeg Suetonius. Ik weet het niet, antwoordde de grijsaard. Ik herinner het mij, zei Juvenalis; men sprak toen van een wonder; die Johannes kwam ongedeerd uit de olie en vele volgelingen vloeiden hem toe.

Dit is altijd wondermooi, zei de proconsul Frontinus en Juvenalis beaâmde het: het trof hen hòe dikwijls zij dit reeds zagen. Aan de drie zijden, tusschen dubbele deuren, verhieven zich groote ramen, met spiegelsteenen vensters. Uit het triclinium zag men dus aan drie zijden de zee en zich ronden den horizon onder de lentelucht: azuur- boven turkooiskleurige wijdte.

Zal het dìt zijn, riep Quintilianus, alle voorzichtigheid en mogelijkheid van verklikkers vergetende; waartoe de Grieksch begonnen voorstelling verloopt! Grieksch is de mode, spotte bitterlijk Juvenalis; zoo lang Latijnsche bloedlust niet spreekt! Laat ons ga

Want wij hebben nergens, op het voetspoor van Juvenalis , in dien geheimen poel van ongerechtigheden geroerd en meer het belachelijke dan het vuile trachten op te sommen.

Het ging naar het midden des dags.... Zij spraken niet meer en Cecilianus had een vreemden blik, telkens als hij de oogen opende.... Dan sloot hij ze weêr. Toen zij terug waren, vonden zij den dichter tusschen zijne vrienden. In twee draagstoelen waren zij gekomen: Verginius Rufus met Frontinus en Juvenalis; Plinius met Quintilianus, Tacitus en Suetonius.

Het is een tijd! barstte Juvenalis uit. Het is een tijd van

De stad lag niet ver van Cominium, en dicht bij het dal van den Sagrus. Een ander Aquilonia ligt in Zuid-Samnium in het land van de Hirpini. Aquinum, stad in het land der Volscen in Latium, rom. municipium, geboorteplaats van den dichter Juvenalis, met purperververijen. Aquitania, gewest in Gallia. Volgens Plinius heette deze streek vroeger Aremorica.

Dat hoorde ik reeds, zei Plinius. En Fabulla dan? zei Juvenalis. Cecilianus, ging Martialis door; kom, je moest ons wat zingen en dansen. Wat zal het zijn? De jongen glimlachte, verlegen en moê. Kom, kom, anders genoeg stoutmoedige comoedus van de hoogere palliata! schertste Martialis. Waarom zoo beschroomd? Je bent meestal voor geen kleintje vervaard.

Woord Van De Dag

slonsige

Anderen Op Zoek