Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 25 juni 2025
Dien avond, terwijl haar soldaten de overblijfselen van de Bastille verder verwoesten, gaat Jeanne te biecht bij Pasquerel en deelt haar biechtvader mede dat zij den volgenden dag ter eere van den Hemelvaartsdag niet zal vechten. Op dien dag wordt er binnen Orléans krijgsraad gehouden.
Hij brengt de tijding mee, dat Falstolf weer onderweg is met een groot convooi. Hij moet Jeanne vast en stellig belooven dat hij haar waarschuwen zal, als Falstolf passeert: ze wil hem zien. Den voormiddag van den vierden is Jeanne druk in de weer bij het binnen brengen van de troepen en het convooi uit Blois.
Toen Jeanne nu ontwaakte en zag, dat haar kleederen verdwenen waren, trok zij de manskleeren aan, om niet door de soldaten bespot te worden. En daar was het juist om te doen geweest. De rechters ontvingen dadelijk bericht van het gebeurde, en reeds den volgenden dag werd zij veroordeeld tot den dood door de vlammen.
Charlotte, Jeanne en Van Guntheim lachten om deze opmerking, maar Justine vond zoo iets van den jonker al heel onaangenaam, en de douairière, die een vredebreuk tusschen hare dochter en den jonker niet wenschelijk achtte, zei zacht tot Justine die iets pikants op de lippen had: "Pourquoi se fâcher!" en dan luider: "Lieve hemel, wat gaan ons die tooneelmenschen aan! Ze zijn er om ons te amuseeren.
Op het einde van haar zegetocht begeeft Jeanne zich naar de kerk van het Heilige Kruis, waar zij God dankt in een lang en vurig gebed. Vervolgens brengt men haar bij Jacques Boucher, den thesaurier van den hertog van Orléans, in wiens huis zij den nacht zal doorbrengen.
Men zendt hem met een groote wijwaterkwast op haar af en hij komt geheel bekeerd en volkomen overtuigd van de heiligheid van Jeanne in de stad terug. Op den verderen tocht naar Reims volgt hij haar. Na de overgave van Troyes op den 9en Juli kan het Fransche leger zijn weg rustig vervolgen tot aan Reims toe.
Zij brengt die dagen door met het verrichten van huishoudelijk werk voor hare gastvrouw, en verder met bidden in de kerk. Het eerste bezoek van Jeanne aan Robert de Baudricourt en het doel van haar komst waren in Vaucouleurs geen geheim gebleven. De kapitein had er later met zijne krijgsmakkers nog eens hartelijk om gelachen.
Bij een van hare bezoeken bij den dauphin om hem te smeeken, toch niet langer te dralen en vooral »niet zoo dikwijls en zoolang te vergaderen«, maar haar te volgen naar Reims, ontmoet zij den heer van Harcourt, die, als de koning geen antwoord geeft op het verzoek van Jeanne, gebruik maakt van de gelegenheid, om haar weer te ondervragen over hare stemmen en den raad van hare Heiligen.
De rechters hebben »met Christus en de eer van het orthodoxe geloof voor oogen« Jeanne schuldig bevonden aan: leugen, aan de uitvinding van zoogenaamde goddelijke verschijningen en openbaringen, aan betoovering, bijgeloof, waarzeggerij, Godslastering, verachting van God zelf in zijne Heilige sacramenten, enz. enz.
Een belangrijken steun ondervindt Jeanne bij deze gelegenheid van de zijde van broeder Richard. Deze gevaarlijke drijver, die door zijn geestdriftige welsprekendheid een machtigen invloed had op de bevolking van Troyes, ziet in Jeanne niet anders, dan een afgevaardigde van den duivel.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek