Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 27 mei 2025
Van een plan in den jare 1808, op last van den toenmaligen Minister van Binnenlandsche Zaken , opgemaakt door den Inspecteur A. Blanken Jansz.; hetwelk in de archiven van den waterstaat berust. Geen tijdvak echter leverde zoo vele schriften over het droogmaken van genoemd Meer, als dat tusschen de jaren 1819 tot 1823. In het eerst gezegde jaar, in 1819, gaf de Heer Mr.
Verder 'T Hert, 'T Hart, Hert en Vliegenthart. Als zoodanig komt 't Vliegend Hert voor te Naarden en het vlieghenden Hert te Gent. Ree, Rhee, De Ree en Reekalf. Deze laatste naam is van oude dagteekening. Immers Goossen Jansz. Reecalf was in 1535 burgemeester van Amsterdam.
Nu gold het hier eene »bloetmoeye« en dat kon niet nalaten, oordeelden zij, den toorn Gods te wekken. Maar eene eeuw bijkans later, in 1698, was er geene onzekere jurisprudentie meer en weigerde de magistraat zulk eene verbintenis, zelfs waar het thans geene »bloetmoeye«, maar eene »coude moeye« betrof. Jacob Jansz.
"Bij Sint-Japik!" zeide de Graaf, hem halverwege in de rede vallende: "dat is fout! Intusschen, die Friezen beloven ons een genoegen, waar wij ons niet mede hadden durven vleien, en wij zullen althans eenige eer behalen; want er zal weerstand zijn. Maar het volk dat met u was, zit dat nog onder uwe vaten?" "Ziedaar, wat ik uwe Genade wilde verhalen," zeide Krijn Jansz.
Soms heet het, dat bekende hardnekkige davidjoristen niet met gereformeerden in de kerk mogen trouwen, zij moesten dan maar ten stadhuize gaan. Soms was men toegevender. Zoo woonde op het einde der 16de eeuw in Den Briel zekere Jacob Jansz. van Velzen, verdacht van de davidjoristische gevoelens aan te kleven.
Den 27en Oct. poogde Le Febvre met drie en 5 Nov. de admiraal W. Jansz nogmaals, eveneens met drie schepen, den door Coen gegeven last op te volgen, maar vergeefs. De vaartuigen geraakten van elkander en door het onstuimige weder bezuiden de Pescadores, waarna zij genoodzaakt waren door te zeilen naar Batavia. Achtereenvolgens kwamen ze hier behouden aan.
Vermoedelijk had Tromp het zoo bewerkt dat ik op een ander schip dan het zijne geplaatst werd, maar ik weet het niet recht. Men zeide dat er aan boord van de Witte Leeuw kapitein Jan Jansz. van Hoorn gebrek aan bevaren matrozen was, en daar men mij toch in alle gevallen de eer gunde tot de bevaren matrozen te behooren, zoo werd ik overgeplaatst. Ik had er geen spijt af.
De éénige mannelijke afstammeling van Leeghwater, die dien naam voert, is, voor zoo verre ik heb kunnen nagaan, gemelde Pieter Jansz. Leeghwater, daar deze ongetrouwd is, staat het te vreezen, dat met hem het geslacht van Leeghwater zal uitsterven.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek