Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 18 juni 2025
Aan het strand staan verstrooide villa's en elken morgen brengen booten uit de stad de noodige voorraden aan. Aan de eenvoudige ruw getimmerde landingsplaatsen zag ik het eerst de zweedsche boerenmeisjes met haar, het hoofdhaar geheel bedekkende kegelvormige roode muts en het wijde, geplooide purperen schort.
Wat hem vooral van zijne landgenooten onderscheidde, was, dat hij blond hoofdhaar had, dat in rijke lokken zijn sprekend gelaat omlijstte.« Als eene groote bijzonderheid merkt dezelfde schrijver aan, dat »de zorgen des levens en eene gestadige studie hem op zijn dertigste jaar reeds geheel grijs deden zijn.« Indien dit waar is, dan zullen de zorgen des levens hiervan wel niet de oorzaak geweest zijn, want tot op den dag van zijn huwelijk kon hij waarlijk niet klagen, dat zijn leven zoo stormachtig en onrustig was.
Is de kruin al meer en meer kaal geworden en heeft het hoofdhaar een zilveren tint gekregen, de lokken golven nog in weelderigen overvloed over hals en schouders; en ook in zijn deftig zwart gewaad heeft De Wildt nog altijd een vlug en innemend voorkomen.
Hij viel door zijn schoon en beminnelijk gelaat, dat geheel baardeloos was, dadelijk in ieders smaak. Dat gelaat werd aangenaam omlijst door zijn grijzend hoofdhaar, dat hij wel wat lang droeg. Zijne oogen stonden vriendelijk en vertoonden evenals zijne lippen steeds een glimlach.
Om een zoo loffelijk voorbeeld te volgen, legde de ridder zijn helm, zijn borstharnas en het grootste gedeelte zijner wapenrusting af, en de heremiet zag een hoofd voorzien met zware, blonde lokken, sprekende gelaatstrekken, blauwe, zeer helder schitterende oogen, een welgevormden mond, welks bovenlip met een knevel prijkte, van donkerder kleur dan het hoofdhaar; in één woord een man wiens geheele gelaat een stoutheid, onversaagdheid en ondernemenden geest aan den dag legde, waarmede zijn forsche gedaante zeer goed overeenstemde.
Geen zweem van artistieke losheid lag er in den vorm van zijn hoofdhaar, dat geheel achterover gekamd als door een grijzen sluier de schedelhuid liet doorschemeren.
De bedoelde inboorlingen in Duitsch Nieuw-Guinea waren groote en forsche menschen, de mannen naakt met halflang hoofdhaar, bij sommigen voor de helft rood, voor de andere helft zwart geverfd. De wapens waren een lange speer en een houten zwaard met groote, bijna het gansche lichaam dekkende schilden.
Ook zijn kort geknipt hoofdhaar was zoo rood als een vos, wat men duidelijk zien kon, daar hij den ouden, versleten vilten hoed, dien hij ophad, ver achteruit in zijn nek had geschoven. Zijn kleeding bestond uit zware, met spijkers beslagen vetleeren schoenen, een nanking-broek, en een kort wambuis van dezelfde stof.
De haargroei, vóor het oor, op die plek, waar de blonde sprietjes bijna deden twijfelen, of zij bij het hoofdhaar hoorden, of bij de bakkebaard, scheen daar zóo vlossig, dat het, als hij op straat liep bij winderig wêer, leek op een uitgestrooiden zomerhalm, zoo als men ze aan de korenvelden 's zomers op en neêr ziet gaan in den wind.
De wijze waarop zij zich daarmede tooien is dikwijls zeer schilderachtig. Mutsen zijn niet onder de vrouwen in zwang, en ook de bedaagde matronen laten het vergrijsde hoofdhaar onbedekt, 't geen haar voorkomen, over 't geheel genomen, niet behaaglijker maakt.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek