United States or United Kingdom ? Vote for the TOP Country of the Week !


Het is evenzeer mogelijk dat het denkbeeld om een verhaal op te stellen van de lotgevallen van de schipbreukelingen van "de Sperwer", eerst bij Hamel is opgekomen toen hij werkeloos te Nagasaki moest wachten op zijne verlossing en dat hij zich bij dien arbeid uitsluitend heeft moeten verlaten op zijn geheugen en de herinneringen van zijne kameraden.

Zij merkten wel, dat de schapen angstig waren, maar ze wisten, hoe gauw schapen bang worden, en dachten niet, dat er eenig werkelijk gevaar dreigde. Zoodra ze gegeten hadden, waren zij van plan, zooals gewoonlijk te gaan slapen. Maar toen stond de groote hamel op, en kwam op hen toe. De ganzen vonden, dat ze nog nooit een schaap met zulke lange grove horens hadden gezien.

De eerste schrijver die daaruit heeft geput was Montanus, van wiens hand in 1669 een foliant verscheen over de gezantschappen der Compagnie "aen de Kaisaren van Japan" . In het laatste gedeelte van zijn werk, heeft hij de gelegenheid waargenomen om aan het vergaan van "de Sperwer" en de lotgevallen van de schipbreukelingen eenige bladzijden te wijden ; waar hij zijne berichten vandaan heeft, verzwijgt hij evenwel en al noemt hij Hamel dat deze een Journaal heeft opgesteld, heeft Montanus niet noodig gevonden te vermelden, hoewel blijkbaar dit Journaal, in den een of anderen vorm, door hem is gebruikt.

"Als iemand, die flink en verstandig was, al de ellende hier zag," zei hij, "dan zou hij zeker niet rusten, voor die vossen hun verdiende straf hadden gekregen." "De vossen moeten toch ook leven," zei de jongen. "Ja," zei de groote hamel, "zij, die niet meer dieren verscheuren, dan ze noodig hebben voor hun onderhoud, moeten ook leven. Maar die vossen hier zijn misdadigers."

De grootste daarvan heette "'t helsche hol". Die spleet was vele vamen diep en bijna een vaam breed. "Als iemand hier in viel, was het met hem gedaan," zei de groote hamel. De jongen vond, dat dit klonk, alsof hij een bizondere bedoeling had, met wat hij zei. Daarna bracht hij den jongen naar het strand. Nu kon hij van dichtbij die reuzen zien, die hem den vorigen nacht zoo bang gemaakt hadden.

Zijn gedwongen verblijf op het eiland Decima, heeft namelijk de boekhouder van "de Sperwer", Hendrik Hamel van Gorkum, zich ten nutte gemaakt door van het wedervaren van hem en zijne lotgenooten een relaas op te stellen en daarin op te nemen hetgeen hem omtrent land en volk van Korea was bijgebleven.

Die toets is glansrijk voor Hamel uitgevallen; zijne beschrijving bleek geenszins verouderd maar paste nog volkomen op de toestanden van twee eeuwen later een afdoend bewijs van Korea's conservatisme en tevens een prachtig getuigenis voor Hamel's geloofwaardigheid .

Is echter het aangetroffen document zulk een afschrift of daarentegen het exemplaar van zijn Journaal dat Hamel, volgens de aanteekening in het Bataviasche Dagregister van 11 December 1667, toen aan de Indische Regeering heeft aangeboden? Wij zijn geneigd het voor het laatste te houden.

Het is zoo goed als zeker dat zeven hunner de boekhouder Hendrik Hamel bleef voorloopig in Indië de reis naar het vaderland ook met "de Spreeuw" hebben voortgezet. Naar het heet , zijn zij den 20sten Juli 1668 hier te lande teruggekomen.

Van heel wat deftiger personages dan Hamel en zijne kameraden, werd in Japan verlangd dat zij den Sjogoen en zijn hof op eene dergelijke vertooning zouden vergasten. Dagr.