Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 18 juni 2025


Hij ging op de wallen, onderzocht alles, om zich te verzekeren dat men in alle geval gereed was om de Isegrims duchtig te onthalen, en moedigde iedereen door eenige vertrouwvolle woorden aan. De kastelein Hacket, die hier bij hem kwam, verhaalde hij wat hij van boven den toren had bemerkt.

Inderdaad, Bertulf, de proost van St-Donaas, en zijn broeder Hacket, de kastelein, waren Kerels, afkomstig uit het Veurne-Ambacht, waar zij hunne grondbezittingen hadden. Nog meer kerels genoten in Brugge door hunnen rijkdom eenen bijzonderen invloed.

Eenige dagen na hunne verlossing, in den vroegen morgen, zaten Dakerlia en Witta in eene benedenzaal van des kasteleins Steen, waar Hacket hen had geherbergd, terwijl Robrecht integendeel binnen de proostdij zijn verblijf had. Eggard Van IJsendijke, de jonge en dappere vriend van mher Sneloghe, hield de jonkvrouwen gezelschap en koutte vroolijk met hen.

Bertulf en Hacket, zijne ooms, spanden alle moeite in om hem tot bedaren te brengen; doch de stem van Rambold, die hij zoolang had moeten hooren, was alleen toereikend geweest om zijn geduld te vernietigen en hem in woede te doen ontvlammen. Nu werd hij zelf opgeroepen en de maarschalk vroeg wat hij tegen Rambolds aantijgingen in te brengen had.

Laat jonkver Dakerlia Wulf dezen nacht met den heer proost den burg verlaten!" Deze onverwachte vraag verraste iedereen. "De honderd marken zilvers zal ik betalen, driemaal zooveel, indien het noodig is!" voegde Robrecht er bij. "Eene vrouw, is dit wel mogelijk?" mompelde Hacket. "Hare witte kleederen? Men zal ze zelfs in de duisternis herkennen ..."

Van eenen gekwetsten ridder, dien Hacket goed kende, vernam hij de ware macht en de inzichten des vijands. Wel met zesduizend sterk, de wapenlieden er onder begrepen, hadden de ridders Atrecht verlaten. Hier, voor Brugge, waren zij ongeveer drieduizend sterk, onder bevel van den kamerheer Gervaas Van Praet. Het andere gedeelte had zich over St-Omaers gericht om in Veurne-Ambacht te vallen.

Bertulf, de proost van St-Donaas, die nu met zijnen broeder Hacket, den kastelein, in de kamer verscheen, was een man van meer dan zestig jaar, met grijze haarkroon en een ernstig en eerbiedwekkend gelaat. Ondanks zijnen ouderdom ging hij rechtop, en het geheel zijner statige wezenstrekken ademde niet alleen wijsheid maar tevens een diep gevoel van eigen waarde.

Dezen waren druk bezig met achter een gedeelte van den muur, dat onsterk scheen, eenen hoogen wal op te werpen, en zij brachten de aarde met kruiwagens van het plein, dat buiten de poort was gelegen. Juist had Hacket zijnen neef Robrecht aan de afgezanten des graven voorgesteld, toen men in de verte een bazuingeschal hoorde hergalmen.

Boven de Hofpoort en den muur van wederzijde had de kastelein Hacket een honderdtal Kerels gesteld, die daar met den boog geschouderd, tegen alle verrassing van buiten moesten waken.

Slechts toen zij het paleis meenden te verlaten, troffen zij in de voorzaal, tegen het plein, den kastelein Hacket aan, met Hendrik Van Roesbrugge, eenen ridder van 's graven hof, en Eustaas, den broeder van den vermoorden Walter Van Lokeren.

Woord Van De Dag

muggenbeten

Anderen Op Zoek