Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 27 juni 2025


En dit verschijnsel is dikwerf waargenomen. De aansluiting van een twijfelaar bij een geloovige is even eenvoudig als de wet der tusschenkleuren. Wat wij missen, trekt ons aan. Niemand heeft het licht meer lief dan een blinde. De dwerg bewondert den tamboer-majoor. De padde richt immer de oogen ten hemel; waarom? Om den vogel te zien vliegen.

Het type der geloovige vrouw is tegenwoordig niet meer zij die "als zij bidt in hare binnenkamer gaat en de deur achter zich sluit"; maar zij heeft bazuinen en theekransjes noodig om tot het besef te komen, dat zij eene vrome vrouw is, vol van den heiligen geest des geloofs. De ongedurige menschen van het laatst dezer eeuw genieten zelfs niet van de rust als deze hun ten deel valt.

Na zijn tulband op zijn pantoffels te hebben nedergelegd, hoest en spuwt de geloovige, spoelt zich den mond, snuit zijn neus, wascht zijn gelaat, zijn hoofd en zijne handen, en voldoet verder aan alle voorschriften van zijne wet, die hem verbiedt voor Gods aangezicht te verschijnen, zonder zich vooraf gereinigd te hebben.

Deze Japansche tempels, waar de priesters met onbeweeglijke, vette, domme gezichten den heelen dag gebeden zitten te schrijven op lange reepjes papier, die zij aan de geloovige bevolking verkoopen, zijn heel schilderachtig, doch zij zijn alle precies gelijk en daardoor ten laatste weinig interessant.

Welke geloovige zou de stoutheid hebben gehad, hem onder zijn dak te ontvangen, in de hoofdstad zelve der sultans, zoon van de dochter van Mohammed, en zoo een der heiligste steden van den Islam te ontheiligen, Fez, de duizendjarige, gesticht door Idriss, groot geworden rondom diens graf?

"U wil zeggen, dat de zonden hem hierin verhinderen," zeide Lydia Iwanowna; "maar dat is een dwaling. Voor den geloovige is er geen zonde; want van de zonde zijn wij verlost.... "Pardon!" viel zij zich zelf in de rede en zag een bediende aan, die met een briefje binnen was gekomen en voor haar stond; zij las het briefje en gaf het mondeling antwoord.

Onze geloovige, maar daarom nog niet heel kundige moellah's hadden mij altijd verteld, dat Indische letterkunde eigenlijk niets anders was dan een verward en smakeloos zamenraapsel van allerlei gedrogtelijkheden, even verderfelijk voor waren kunstzin als gevaarlijk voor het geloof in Allah en zijn Profeet.

Het pad dat er heenleidt, is needrig en smal; In rozen verborgen, geleidt het naar 't dal: Geen macht en geen kracht en geen goud voert er heen; 't Geloovige hart is de leidsman alleen! In 't LAND VAN DE LIEFDE zijn allen gelijk: Daar kent men geen stand en geen arm en geen rijk; En ieder bezit er dien eenigen schat, Die niet, als al 't aardsche, in een schuimbel verspat!

Hij had mij veel merkwaardigs te vertoonen. Vóór den ingang der kerk bevindt zich een put, waarvan de steenen rand is uitgesleten, daar ieder geloovige, die er voorbij gaat, den vinger in de holte wrijft, en dien daarna eerbiedig aan de lippen brengt, 't Is de plaats, naar de oude pastoor mij verhaalde, waar eens de heilige Isidorus, die in zijn jeugd een wilde knaap was, de wanhoop zijner ouders, en de plaag zijner leermeesters, een oude vrouw water zag putten, en op zijn vraag, hoe het mogelijk was dat het touw, waaraan de emmer hing, zulk een diepe holte in den rand had geschuurd, ten antwoord kreeg: "Tegen aanhoudende wrijving is zelfs de hardste steen niet bestand."

Woord Van De Dag

verduldige

Anderen Op Zoek