Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 15 mei 2025
Algemeen gelach om Julie's geestigheid. Pompile wreef zich de handen van plezier. Wel, dit beduidt ... Wel zeker, 't beduidt dat ... Men bedoelt daarmee dat de wissel hoog staat. De fransche wissel, weetje? Ah! zei Julie, als voldaan. Daar heb je nu, byv. Engeland, lichtte Pompile toe, Engeland staat twaalf en drie. Ah, zoo! Juist, zoo is het! Engeland staat twaalf en drie. En Frankryk ...
Alles is in deze schilderij leven en beweging. De pogingen van den dwergachtigen ruiter die der niet op kan komen spreken, door het groene jachtbuis dat hij aanheeft heen, men ziet hem vlak op den rug in alle spieren. Met veel geestigheid heeft de schilder de laarzen en de sporen zóó zwaar en kolossaal voorgesteld, dat men gevoelen moet dat ook deze eene belemmering zijn om het paard te beklimmen.
Maar kenmerkend zijn voor de meeste vrouwen uit de blijspelen van het eerste en tweede tijdperk de frissche levenslust, de geestigheid en gevatheid, de stoutmoedigheid, waarmede zij aan haar hartstocht of aan haar eens opgevat plan gehoor geven en recht op het doel afgaan.
Allen begonnen zoo hartelyk mogelyk te lachen, en de geëxamineerden 't minst luid niet, misschien wel om 't antwoorden onnoodig te maken. Pompile was grootsch op de verrukkelyke geestigheid van z'n vrouwtje. Ja, ja, de kurken komen uit Spanje, verzekerde de oudeheer. Wie in kurk doet, heeft 'n kantoor op Spanje. De reizigers uit Barcelona loopen 't land af, zei de familie Krucker.
Of zou er ironie liggen in dat verblyden over 't verruilen van versch vleesch tegen oud smeer? Zou 't een geestigheid wezen? Laat ons het zachtste oordeel kiezen en dus de zaak houden voor domheid.
Hoewel de jonker geenszins met die geestigheid was ingenomen, en de opmerking hem zeer had tegengestaan, vorderde toch de wellevendheid, dat hij de woorden der gastvrouw met een kleine beleefde buiging beantwoordde. "Enfin," hernam mevrouw Van Tal na eenig stilzwijgen: "'t is altijd aangenaam als men wrijving van denkbeelden heeft. Toujours: "oui monsieur le président," dat is ouderwets geworden.
De freule Van Berghen Ockenburgh, eene jonge dame van vijf en dertig jaren, die de personage van Martine speelde, toonde zich ten slotte in en buiten hare rol wegens het voortdurend haperen ten hevigste verontwaardigd over Sganarelle, en gaf daardoor aanleiding, dat deze telkens quasi naar zijn stok greep, eene geestigheid, die met luid »applaus" werd begroet.
Men ziet het: de verlamde en den dood zich nabij wetende Heine heeft niets van zijn trotsche en vreeslooze strijdvaardigheid ingeboet. Ook niets van zijn beroemde geestigheid! In die geestigheid had de Jiddische Witz zijn culminatiepunt gevonden.
Juffrouw Bella d'Irsy zette zich, legde op de tafel haar zilveren toilettaschje en bekommerde zich verder niet om Pacôme's geestigheid. Men bracht nieuwe Cliquot en de gouden toten snoot weer, alsof ze verkouwen waren, de gladde kelner in zijn doek. De verrassing van den avond was, op klokslag halftwee, de intrede van mijnheer du Bessy en Henriëtte.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek