Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 13 juni 2025


En als hij genoodzaakt is zijn ontslag te nemen, dringen de stumperds zich om hem heen, met moeite beweegt hij ze rustig naar hun dessa's terug te keeren, al zijn welsprekendheid is noodig om oproer te voorkomen... Ook dit is fictie, al meende D. D. vast en zeker dat het werkelijkheid was; nooit heeft hij begrepen, dat hij het tragisch slachtoffer van de veete tusschen regent en djaksa geworden is.

Maar D. D. heeft dit niet ingezien, hij werd door den Djaksa, den vijand van den Adhipatti, op een dwaalspoor geleid en geloofde vast, dat de bevolking op uitbarsten stond: westersche vrijheidsidealen, past hij toe op een oostersche bevolking: een tragisch misverstand!

Ook Verbrugge stond op 't punt het erf te verlaten, doch keerde met den Djaksa terug. Tine, ik wil madera drinken, Verbrugge ook. Djaksa, laat hooren, wat hebt ge toch aan den Kliwon over myn kleinen jongen gezegd? Mintah ampong mynheer de adsistent-resident, ik bezag zyn hoofd omdat mynheer gesproken had. Wat drommel heeft zyn hoofd daarmee te maken. Ik weet zelf al niet meer wat ik gezegd heb.

De Kliwon is tusschenpersoon tusschen het Bestuur en de dorpshoofden. Gewoonlyk heeft hy 't opzicht over gemeentelyke publieke werken, verdeeling van wachtvolk, regeling van heeredienst, enz. De Djaksa is officier van politie en justitie. Gongs en Gamlang: muziekinstrumenten. De Gong is 'n zwaar metalen bekken dat aan 'n koord hangt.

In die inlandsche wereld bestonden veeten: en een inlandsch ambtenaar, de Djaksa, inlandsch officier van justitie, die gebeten is op den regent, tracht dadelijk den nieuw-aangekomen assistent-resident tegen den regent op te zetten. Hij weet zich aangenaam te maken bij D. D.: hij ontdekt bizondere teekens op 't hoofdje van zijn kleinen jongen, die dezen tot een koningskind stempelen.

Het gebruiken hiervan by de thee is van chineschen oorsprong. Distriktshoofd van Parang-Koedjang. Hy was schoonzoon en handlanger van den Regent. Ten zynen huize werd myn voorganger vergiftigd. Kleeding van den Djaksa. Deze inlandsche ambtenaar was 'n Javaan geen Soendanees en daarom eenigszins anders, en opzichtiger, gekleed dan de Hoofden die te Lebak thuis hoorden.

Havelaar moet nagenoeg aldus gesproken hebben: Mynheer de Radhen Adhipatti, Regent van Bantan-Kidoel, en gy, Radhens Dhemang die Hoofden zyt der distrikten in deze Afdeeling, en gy, Radhen Djaksa die de justitie tot uw ambt hebt, en ook gy, Radhen Kliwon die gezag voert op de hoofdplaats, en gy Radhens, Mantries, en allen die Hoofden zyt in de afdeeling Bantan-Kidoel, ik groet u!

Hy sprong weg, en liep den grooten kring rond, en vermaakte de Hoofden door zyn gekeuvel, en speelde met de gevesten van hun krissen. Toen hy by den Djaksa kwam, die de aandacht van 't kind trok omdat hy sierlyker dan de anderen gekleed was scheen deze iets op 't hoofd van kleinen Max te wyzen aan den Kliwon die naast hem zat en een gefluisterde opmerking daarover scheen te beamen.

Daar de etikette niet toeliet den Djaksa een plaats aantebieden in tegenwoordigheid van den Regent, nam hy afscheid, en men was eenigen tyd by-een zonder iets aanteroeren dat betrekking had op den "dienst." Maar op-eenmaal en dus in stryd met den zoo uitermate hoffelyken volksaard vroeg de Regent of zekere gelden die de belasting-kollekteur te-goed had, niet konden worden uitbetaald?

Verbrugge, hierop voorbereid, had reeds voor vele dagen aan de Distriktshoofden, den Patteh, den Kliwon, den Djaksa den belasting-kollekteur, eenige mantries, en voorts aan alle inlandsche beambten die deze plechtigheid moesten bywonen, last gegeven zich op de hoofdplaats te verzamelen. De Adhipatti nam afscheid, en reed naar zyn huis.

Woord Van De Dag

verduldige

Anderen Op Zoek