Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 20 oktober 2025


De mitrailleuses en ook twee electrische zoeklichten staan achteraan op zij, onder en achter takkenbos verdekt. De burgerwachten zijn niet bang. Zij zullen moedig hun plicht doen.

Vele generaals en de meeste officieren hadden nooit eenen regelmatigen krijg gevoerd: moed en onversaagdheid was er genoeg; maar ondervinding en beleid ontbrak er gansch. De Belgische krijgsmacht, buiten de burgerwachten, die meer hinder dan hulp bijbrachten, kon beloopen tot de 30,000 man en was in twee groote afdeelingen gescheiden.

Een bierkar, bespannen met twee paarden; een bierkar, groengeverfd, met groote, gele advertentie-letters, en volgeladen met tegen elkaar aanrammelende en kletterende, volle en leege flesschen! De burgerwachten schateren en proesten, terwijl het helle zoeklicht, plots uitgedoofd en weer ontvlamd, met zijn fellen, witten stralenbundel, het aftrekkend gerammel en gekletter achtervolgt.

Al voortstappende door de straten, ontmoette ik de trommelaars die de burgerwachten opriepen en, op de hoeken, hier en daar, zag ik menschen samenscholen om een wit plakkaat te lezen: Hollandsch Limburg was, zoo gezegd, reeds bezet door de Duitschers en Antwerpen werd in staat van beleg verklaard. "Staat van beleg!" Dat klonk zoo akelig in de ooren.

't Is stil en donker... De loopgraven strekken zich uit langs het kanaal, in een diepte, achter den berm van het begrinte jaagpad. Daarin liggen de burgerwachten... Sinds den vroegen middag liggen zij er verscholen, wachtend op den vijand. Den ganschen dag heeft in de verte het kanon gebulderd.

Wij voelden ons reeds als gevangenen. Wij waren aan de strenge tucht van een stad-in-staat-van-beleg onderworpen. De vreemdelingen hadden op regelmatige dagen hunne toelating tot verblijf te vernieuwen en werden uit angst voor verspieders, nog steeds aan nauwlettender toezicht onderworpen. Alle openbare gebouwen en ook de bankhuizen werden bewaakt door burgerwachten.

En ook niet rooken, streng verbod te rooken, want de vijand zou van verre het licht der aangestreken lucifers of den rooden gloed der brandende sigaren kunnen zien." Als stille, donkere schimmen en gestalten zitten de burgerwachten in de lange loopgraven. De geweren, op den anderen oever gemikt, liggen onzichtbaar tusschen graszoden, klaar om afgevuurd te worden.

Bij het uitschietend en weer krimpend tooverlicht van rood-gouden flambouwen, hebben de burgerwachten van het vrij en democratisch gemeenebest hun gemeenschappelijk avondmaal genoten.

Wel kloppen hamerend de harten, want het is toch de eerste maal, en het is nacht, en 't is een zenuwspannend wachten op een vijand, die maar niet verschijnt, maar die toch ieder oogenblik, gansch onverwacht en bliksemsnel, kan opduiken. De oogen van de burgerwachten peilen strak de duisternis en hun gespitste ooren luisteren naar elk verwijderd rumoer, naar ieder vaag geluid.

"Es 't zeker da g' ons álles gegeven hèt?" roept een autoritaire stem. "Joa 't meniere, joa 't meniere! Op mijn woord van iere!" antwoordt de man. "Prosit! Prosit!" lachen de burgerwachten van verre, enkele flesschen in de hoogte houdend. Het licht gaat uit en het karretje verdwijnt met het geklikklak zijner leege lading in de duisternis.

Woord Van De Dag

slonsige

Anderen Op Zoek