United States or France ? Vote for the TOP Country of the Week !


Int begin van December den veltoverste aansiende de groote koude ende armoede die wij leeden, diende het den Coninck aan, waer op hem belastte dat hij eenige vellen aan ons soude geven, die int blijven van 't schip aen 't eijland gespoelt, bij haer geberght, gedrooght ende hier met haer vaertuijgen gebracht waren, doch meest verrot ende opgegeten , met last dat wij die souden vercoopen om voor de coude soo veel mogelijck was, daermede te versien; vonden doen met malcanderen goet, alsoo de slaepbasen ons dagelijcx quelden met hout halen, dat soo heen en weer wel drie mijlen over t geberghte ver was, 't welcq door de bittere koude ende ongewoonte ons seer droeffrigh ende moeijelijck viel, met 2 a 3 samen huiskens te coopen, siende naest Godt geen uijtcomst te verwachten ende soo te beter te leven, liever willende wat koude lijden, dan altijt van dese heijdense natie gequelt te sijn; leijden de man 3 a 4 taijlen silver bij malcanderen, ende alsoo huijskens van 8 a 9 taijl ofte 28 a 30 gl. cochten; van 't overschot staken ons een weijnigh inde cleeren ende brachten alsoo den winter daer mede door.

Wat de melitie vande ruijters ende soldaten belanght: Inde Conincx stadt sijn ettelijcke duijsenden die vanden Coninck gegagieert worden ende int hoff de wacht houden, als den Coninck uijtrijt medegaen; d' vrijluijden moeten alle 7 jaren inde Conincx stadt d'wacht houden, alsoo elcke provintie sijn soldaten een jaer moet waernemen, ende soo bij buerte omgaet; elcke provintie heeft sijn velt overste, die heeft weder 3 a 4 cornels onder hem, elcke stadts jurisdictie sijn capiteijn die onder de voorsz. cornels verdeelt sijn; elcq quartier vande stadts jurisdictie sijn sergiant, elck dorp sijn corporael ende yder 10 man een hooft; yder moet de namen van zijn volcq altijt op schrift hebben ende jaerlijcx aan zijn meerder opgeven, zoo dat den Coninck altijt can weten hoe veel ruijters en soldaten heeft in sijn landt, die in tijt van noot int geweer moeten comen; de ruijters haer geweer is een harnas met een storm hoet, houwer, pijl en boogh met een vlegel gelijck als in 't vaderlant 't coorn mede gedorst wort, aen 't eijnde met corte ijser pennen; de soldaten sommige met harnas ende storm hoeden van ysere plaetjes ende oocq van hoorn gemaect, hebben musquetten , houwers en corte piecks; d'officieren pijl en boogh; elck soldaet moet altijt op zijn eijgen costen 50 schooten cruijt ende soo veel cogels hebben ; elcke stadt moet uijt sijn Cloosters onder haer sorterende bij buerte de schansen en vastigheden op 't geberghte op haer eijgen costen te bewaren ende onderhouden; dese worden in tijt van noot mede voor soldaten gebruijct , hebben mede houwers, pijl en boogh, houdense mede voorde beste soldaten, sijnde onder opperhooffden vande papen bescheijden, diese mede op schrift heeft, soo dat den Coninck altijt weet hoe veel vrijluijden, 't sij soldaten, oppassers ofte arbeijtsluijden, ende papen in sijn dienst ofte lant sijn.

Ende alhoewel deses vrouwmenschen aerdighe bevallijckheid Schoorels herte in liefde verwonnen hadde«, hij bedwong zich om haar jeugd, reist naar verre landen, en laat de kans op een goed huwelijk voorbijgaan, omdat het »Amsterdamsche dochterken hem geschildert was van der liefde godt in 't herte, waervan hij altijt de prickelinge bevoelende, niet en dacht dan om in consten volcomender te worden, opdat hij eyndlinghe tot sijn begheerte mocht comen: door welcke vijericheyt hij veel ghevordert heeft, schijnende of liefde consten doet leeren«. Helaas, toen hij na vele jaren terugkeerde, was het meisje de vrouw van een ander.

Dat wij wel wisten dat ons den Coninck niet wegh soude senden, nu gelegentheijt siende resolveerde met ons 8en door te gaen, alsoo liever eens wilde sterven, dan altijt in dat heijdens land met sorge te leven. Hoe sterck wij nog waren en hoe wij met off sonder kennisse van 't ander volcq zijn wegh geloopen. Waren nog 16 man sterck, met ons 8en sonder haer weeten hadden opgestempt .

Hier houden de grootste papen vant land haer residentie, daer is altijt voor drie jaren victalie in, daer mede haer ettelijcke duijsent mannen kennen geneeren. Is genaemt Namman Sangsiang ; alwaer tot den 2 a 3en September, dat den Tartar vertrocken was, bleven.

Constantijn Huygens de zoon, in zijn rijtuig op weg van Den Haag naar Leiden, werd aangereden door de karos van den raadsheer van der Goes. Zijne vrouw, naast hem, snauwde hem toe »soo bruy je altijt maar toe«, en met dezen nijdigen trek om de lippen staat zij nu voor ons misschien onverdiend. Want Huygens, zelf geen hoogstaand man, zag de kleine dingen eer dan de groote.